Les 6 - presentaties voorbereiden

Presenteren.... kun je leren!

Ik vind presenteren spannend

1. Waar
2. Niet waar

Zoek de verschillen....

Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties? 

Welke verschillen kun je noemen?

Wat zijn valkuilen bij presenteren?

Een goede presentatie heeft een goede voorbereiding nodig. Hoe bereid jij je voor?

1. Maak en goede planning
2. Verdeel je materiaal over inleiding – middenstuk - slot.
   
3. Bepaal welke hulpmiddelen je gebruikt (foto’s, andere afbeeldingen, Powtoon, PowerPoint, Prezi, Lessonup).
4. Schrijf de presentatie uit en leer de presentatie aan de hand van sleutelwoorden.
5. Maak een spiekbriefje met sleutelwoorden.
   
6. Oefenen – oefenen - oefenen. 

Opening

Wacht totdat het stil is en begin je presentatie met een duidelijke opening. 

Creatieve opening

Citaat

Quiz

Raadsel

Humor

Anekdote

Bedankje

Een vraag aan je publiek

Enzovoorts...

Wat is belangrijk aan je houding?

Houding

- Sta met twee benen op de grond. 
- Je knieën een beetje gebogen en niet op slot. 
- Je armen langs je lichaam. 
- Rug recht, schouders naar achteren. 
- Ogen het publiek in. 

Tips voor gebruik van Powerpoint of Prezi:
- Gebruik zo min mogelijk slides en zo min mogelijk tekst; 

- Gebruik hoofdletters en punten;

- Gebruik de hele tijd hetzelfde lettertype;

- Maak opsommingen zichtbaar met nummers, liggende streepjes of bolletjes

- Oefen de presentatie met de slides;
- Kijk niet steeds om of het beeld wel in orde is. Dit gaat ten koste van het
 oogcontact;

- Gebruik kleur voor duidelijkheid en nadruk en niet als versiering. 

Tips:
- Spreek rustig en duidelijk. 
- Kijk je publiek aan en kijk niet te vaak op je spiekbriefje. 
- Bedenk voor jezelf van tevoren vragen. Welke vragen zouden de toehoorders kunnen stellen? Weet je daar een antwoord op? 
- Zorg voor een logische indeling (kop - romp - staart) 
- Duidelijke zinnen 

- Humor?!

- Wees creatief!

- Bedank je publiek

Aan de slag!

- Pak je leesautobiografie erbij. Bedenk wat je wil vertellen en schrijf deze informatie in steekwoorden op (5 minuten)

- Vorm drietallen. Oefen (een deel van) je presentatie in dit groepje. Iedereen presenteert twee minuten.

- Tijdens de presentatie noteren de andere twee wat er goed is aan de presentatie en wat er beter kan. Dit bespreken jullie na de presentatie (20 minuten)

- Klassikale evaluatie (10 minuten)