Lesson B: telling the time + present simple + school subjects

Engels
  • plattegrond (volgt nog!)
  • telefoons thuis of in de kluis
  • boeken/laptop/schrift/etui op bank
  • mutsen af + jassen uit 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Engels
  • plattegrond (volgt nog!)
  • telefoons thuis of in de kluis
  • boeken/laptop/schrift/etui op bank
  • mutsen af + jassen uit 

Slide 1 - Tekstslide

Last lesson you talked about daily routines and told the time
This lesson we are going to repeat telling the time and have a look at the Present Simple again + school subjects!
Next lesson we are going to 

Slide 2 - Tekstslide

Homework
Do exercise 1 + 2 WB p. 20
Learn words: always - French p. 123, de getallen van 1 t/m 12 in het Engels en de klok
Practise present simple in Itslearning!

Slide 3 - Tekstslide

Het is kwart over vier.
A
It's a quarter to four.
B
It's a quarter past four.

Slide 4 - Quizvraag

Het is half twaalf.
A
It's half past eleven.
B
It's half past twelve.

Slide 5 - Quizvraag

Het is zeven uur.
A
It's seven hours.
B
It's seven o'clock.

Slide 6 - Quizvraag

Het is vijf over half vier.
A
It's twenty-five to four.
B
It's five past half past four.

Slide 7 - Quizvraag

School subjects
Exercise 7 p. 19 SB (coloured version)
Do the exercise, we are going to check in 3 minutes!
Then we are going to do exercise 10 from that page too (listening and complete the table)
timer
3:00

Slide 8 - Tekstslide

Hoe en wanneer?
Present simple:    Hoe maak je het?
Tegenwoordige tijd: I / we/ you/ they  =  ww   
                                         She/  he/ it =  S H I T + ww + s  

 Wanneer?    Als het een feit of gewoonte is. 
Signaalwoorden: Every morning/ always/ often. 

  

Slide 9 - Tekstslide

Present simple
My parents _____ (walk) in the woods

Slide 10 - Open vraag

present simple
Every Sunday, they ... granny.
A
calling
B
're calling
C
call
D
calls

Slide 11 - Quizvraag

present simple gebruik je voor als iets altijd, vaak of nooit gebeurt
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

She ...... (wash) the car.
A
wash
B
washes
C
washs

Slide 14 - Quizvraag

He ....... (cry) a lot.
A
cry
B
cries
C
crys

Slide 15 - Quizvraag

They .... (talk) too much
A
talk
B
talks
C
talkes

Slide 16 - Quizvraag

Opdracht Present Simple
In de volgende dia zit een link, klik erop en schrijf de antwoorden in jouw schrift!

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Homework
Do exercise 5, 7 and 8 on page 20 WB + opdracht online https://agendaweb.org/exercises/verbs/present/affirmative-write.htm
Learn: always - French p. 123 WB / present simple/ telling the time/ school subjects / getallen van 1 tot en met 12

Slide 19 - Tekstslide