Writing a formal letter
1 / 30
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
1
2
3
4
5
6
7
slotgroet
handtekening en naam
inhoud brief
eigen adres
datum
Adres geadresseerde
aanhef
Slide 2 - Sleepvraag
Wat staat er NIET bij je eigen adres?
Slide 3 - Open vraag
De toets vindt plaats op donderdag 24 maart 2022. Schrijf de datum op de juiste manier.
Slide 4 - Open vraag
Hoe schrijf je de aanhef als je de naam naar wie je schrijft niet kent?
Slide 5 - Open vraag
Hoe schrijf je de aanhef als je naar Sharon Smith schrijft?
Slide 6 - Open vraag
Uit hoeveel alinea's bestaat een brief minimaal?
Slide 7 - Open vraag
Wat staat er altijd in de laatste alinea?
Slide 8 - Open vraag
Schrijf een mogelijke slotgroet in een formele brief.
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Je gebruikt altijd een aanhef bij het schrijven van een memo
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Een memo is een uitgebreid bericht aan een ander
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
You had a call from a customer who had some questions. You couldn't answer them and you ask your colleage Sandra to call back.
Put the correct information in the right place.
Customer questions
Sandra
6 April 2022
Your name
11:45 a.m.
Call taken by:
To:
Date:
Time:
Subject
Slide 13 - Sleepvraag
Slide 14 - Tekstslide
What style do you use when writing a review?
A
Formal/semi-formal
B
Informal
Slide 15 - Quizvraag
Wat omschrijf je in de titel van je review?
Slide 16 - Open vraag
Waar moet je voor oppassen in je review?
Slide 17 - Open vraag
De review bestaat uit paragrafen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Je mag in een review NIET je mening geven
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Waar moet je op letten als je een "personal profile" schrijft? Noem 3 dingen.
Slide 21 - Open vraag
Als je een "personal profile" schrijft om nieuwe medewerkers aan te trekken. Welke stijl gebruik je dan?
A
Formal/semi-formal
B
Informal
Slide 22 - Quizvraag
Als je een "personal profile" aanmaakt om met nieuwe mensen in contact te komen, welke stijl gebruik je?
A
Formal/semi-formal
B
Informal
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Wat schrijf je als;
Je wil aangeven dat de broek niet past en je je geld terug wil.
Je wil aangeven dat de broek niet past en je je geld terug wil.
Slide 25 - Open vraag
Wat schrijf je als;
Je de afspraak niet kunt komen, maar dat je het graag wil verzetten.
Je de afspraak niet kunt komen, maar dat je het graag wil verzetten.
Slide 26 - Open vraag
Wat schrijf je als;
Je wil aangegeven dat je een verkeerde bestelling hebt ontvangen
Je wil aangegeven dat je een verkeerde bestelling hebt ontvangen
Slide 27 - Open vraag
Wat schrijf je als;
Je niet tevreden bent over je aankoop
Je niet tevreden bent over je aankoop
Slide 28 - Open vraag
Wat zeg je als;
Je een offerte wil aanvragen
Je een offerte wil aanvragen
Slide 29 - Open vraag
Wat zeg je als;
Je er naar uitkijkt om iemand te zien.
Je er naar uitkijkt om iemand te zien.
