5.3 Lezen - opmaak van teksten 3BK

5.3 Lezen - les 3
Lesdoelen:
-  weten wat de opmaak van een tekst is
- opmaakelementen uit een tekst herkennen

Programma:
- aanwezigen
- voorkennis
- uitleg
- opdrachten
- nakijken
- extra oefeningen 

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.3 Lezen - les 3
Lesdoelen:
-  weten wat de opmaak van een tekst is
- opmaakelementen uit een tekst herkennen

Programma:
- aanwezigen
- voorkennis
- uitleg
- opdrachten
- nakijken
- extra oefeningen 

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het belangrijkste tekstdoel van een uitnodiging?
A
informeren
B
instructie geven
C
activeren
D
overtuigen

Slide 2 - Quizvraag

Wat is GEEN activerende tekst?
A
aankondiging van concert
B
nieuwsbericht over verkiezingen
C
advertentie van telefoonabonnement
D
reclamefolder van een supermarkt

Slide 3 - Quizvraag

Welke tekstdoelen ken je

Slide 4 - Open vraag

Uitleg 5.3
Opmaak:
- afbeeldingen: 
tekeningen, foto's, grafieken, enz.

- opmaakelementen: 
kaders, tabellen, witruimte/witregels, vet of cursief, kleur van de tekst, enz.

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg 5.3
Tekstdoel:
Bij reclame/advertenties is het tekstdoel activeren.

De opmaak helpt de schrijver om zijn doel te bereiken.

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg 5.3
Soort tekst:
Aan de opmaak kan je vaak snel zien wat voor soort tekst het is: 

- nieuwsbericht
- brief
- advertentie
- enz.

Slide 7 - Tekstslide

ACTIVERENDE TEKST
De schrijver van een activerende tekst wil de lezer overtuigen. De schrijver geeft niet alleen zijn mening, maar wil dat de lezer iets gaat doen, of juist niet meer doet. Hiervoor geeft de schrijver argumenten en een duidelijke oproep. Die oproep vind je vaak in de titel of in de afsluitende zin.

Slide 8 - Tekstslide

Aan de opmaak zie je vaak snel wat voor soort tekst het is: 
• afbeeldingen, zoals tekeningen, foto’s en grafieken. Die geven extra informatie of zorgen ervoor dat je snel weet waar het over gaat.
• opmaakelementen, zoals kaders, tabellen, witruimte en het gebruik van vet of cursief in de tekst. Die laten vaak zien wat belangrijk is.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de opmaak zie je vaak snel wat voor soort tekst het is: 
• afbeeldingen, zoals tekeningen, foto’s en grafieken. Die geven extra informatie of zorgen ervoor dat je snel weet waar het over gaat.
• opmaakelementen, zoals kaders, tabellen, witruimte en het gebruik van vet of cursief in de tekst. Die laten vaak zien wat belangrijk is.

Slide 10 - Tekstslide

Opdrachten
Opdracht 3 bespreken.

We maken Talent 5.3 t/m opdracht t/m opdracht 12
Opdracht 10 niet.

Slide 11 - Tekstslide

Evaluatie

Slide 12 - Tekstslide

Wat voor soort tekst zie je hier?
A
advertentie
B
instructie
C
strip
D
column

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van het gele bord?
A
informeren
B
overtuigen
C
instructie geven
D
activeren

Slide 14 - Quizvraag

Einde van de les

Slide 15 - Tekstslide