In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Gelijkvormige driehoeken
Pak je schriften, rekenmachine en Ipad
Slide 1 - Tekstslide
Hoe groot is ∠A?
timer
1:00
Slide 2 - Open vraag
Hoe groot is ∠A?
Slide 3 - Tekstslide
Hoe lang is PR?
Slide 4 - Open vraag
Hoe lang is PR?
Slide 5 - Tekstslide
11.6 Gelijkvormige driehoeken
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Welke driehoek is de gelijkvormig met driehoek ABC?
A
PQR
B
KLM
C
DEF
D
Geen
Slide 9 - Quizvraag
Notatie gelijkvormigheid
Driehoek ABC is gelijkvormig met DEF, dus de hoeken zijn even groot.
De hoeken die even groot zijn staan op dezelfde plek.
ΔABC
ΔDEF
Slide 10 - Tekstslide
ΔABC
ΔDEF
Slide 11 - Tekstslide
ΔABC
Slide 12 - Tekstslide
ABC is gelijkvormig met?
ΔABC
ΔABC
ΔABC
A
DEF
B
DFE
C
FED
D
FDE
Slide 13 - Quizvraag
Rekenen in gelijkvormige driehoeken
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Rekenen met gelijkvormigheid
Om lengtes in gelijkvormige driehoeken uit te rekenen gebruiken we een vergrotingsfactor. 20 : 8 = 2,5. Dus alle zijden uit DEF zijn 2,5 keer zo groot als in driehoek ABC
Slide 17 - Tekstslide
Hoe lang is zijde VS?
Slide 18 - Tekstslide
Hoe lang is zijde VS?
Slide 19 - Open vraag
Zelfstandig werken
20 minuten aan opgaven 11.6 gelijkvormigheid
Schrijf in je kladschrift
Overleg met je buurman/buurvrouw
Steek je vinger op als je een vraag hebt of klaar bent
Vragen huiswerk?
Slide 20 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kent de drie regels van gelijkvormigheid
Je kan lengtes van zijden uitrekenen met behulp van gelijkvormigheid