Week 47, les 2 Je mening opschrijven

5 B's
  1. Je komt netjes Binnen
  2. Je doet je Beller in de telefoontas
  3. Je legt je Boeken/device op je tafel
  4. Je gaat op je Billen zitten
  5. Je kijkt naar het Bord 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5 B's
  1. Je komt netjes Binnen
  2. Je doet je Beller in de telefoontas
  3. Je legt je Boeken/device op je tafel
  4. Je gaat op je Billen zitten
  5. Je kijkt naar het Bord 

Slide 1 - Tekstslide

10 minuten lezen!
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Vragen over H1 t/m H3
Uitleg H4
Zelf aan de slag

Slide 3 - Tekstslide

Hoe maak je een woordveld?

Slide 4 - Open vraag

Welke stap hoort er niet bij?
Er zijn vier stappen die je kan zetten om een tekst te schrijven.
A
Een woordveld maken
B
De tekst schrijven
C
Je tekst controleren en verbeteren
D
Kies een leuk plaatje bij je tekst

Slide 5 - Quizvraag

Wat moet je doen voordat je een werkstuk schrijft?

Slide 6 - Open vraag

Als je informatie voor een werkstuk hebt gevonden. Hoe schrijf je die informatie dan in je eigen woorden op?

Slide 7 - Open vraag

Wat is een instructie?

Slide 8 - Open vraag

Elke instructiezin moet je beginnen met een doe-woord. Wat is dat?

Slide 9 - Open vraag

Uitleg H4: Je mening opschrijven
Als je een mening hebt, kun je ook uitleggen waarom je die mening hebt. Je geeft dan een argument.

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg H4: Je mening opschrijven
  • Begin je mening met woorden zoals: ik vind of volgens mij.
  • Ik vind fietsen met oordopjes in gevaarlijk,

Slide 11 - Tekstslide

Uitleg H4: Je mening opschrijven
  •     Vervolg je mening met een argument. Doe dit met woorden zoals: want of omdat.
  •     Ik vind fietsen met oordopjes in gevaarlijk, want je let dan niet goed meer op de rest van het verkeer.

Slide 12 - Tekstslide

H4: Je mening opschrijven
Vaak kan je je argument duidelijker maken met een voorbeeld.
  • Ik vind fietsen met oordopjes in gevaarlijk, want je let dan niet goed meer op de rest van het verkeer. Gisteren zag ik bijvoorbeeld een jongen met een koptelefoon het kruispunt op fietsen. Hij werd bijna geschept door lijn 314. De jongen had de bus helemaal niet gezien!

Slide 13 - Tekstslide

Zelf aan de slag!
Maak van H4 de startopdracht en opdracht 1, 2 en 3.
Boek: Blz. 102 en 103
Digitaal: Hoofdstuk 4 Mooi > Je mening opschrijven > start

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
Maak van H4 de startopdracht en opdracht 1, 2 en 3.
Boek: Blz. 102 en 103
Digitaal: Hoofdstuk 4 Mooi > Je mening opschrijven > start

Slide 15 - Tekstslide