Foutieve verwijswoorden - H4

Fouten in verwijswoorden 
Havo 4 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Fouten in verwijswoorden 
Havo 4 

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:
- 15 min. lezen
- Uitleg over verwijswoorden
- zelfstandig werken 


Doel: 
- Na deze les kan ik de juiste verwijswoorden (passend bij antecedent) gebruiken. 

Slide 2 - Tekstslide

Welke verwijswoorden
ken je?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Naar het-woorden verwijs je met:
A
Deze en dat
B
Dit en dat
C
Deze en die
D
Die en dat

Slide 5 - Quizvraag

Omdat het pand vorig jaar zo prachtig verbouwd is, wil ik ... heel graag kopen van u.
A
Hem
B
Haar
C
Het
D
Deze

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Als de onderzoekscommissie belastende uitspraken doet, kan alleen de rechter ... het zwijgen opleggen.
A
Hem
B
Haar
C
Het
D
Die

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Hoewel de docent ... drie keer gewaarschuwd had, gingen ... toch door met praten.
A
Hen, ze
B
Hun, ze
C
Hen, hun
D
Hun, hun

Slide 11 - Quizvraag

Misschien moet je maar aan ... vragen of ... je na het feest naar het station kunnen brengen.
A
Hen, zij
B
Hun, zij
C
Hen, hun
D
Hun, hun

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Het allereerste ... ik doe als ik thuiskom, is de kat aaien.
A
dat
B
wat

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Daar is ... met wie opa altijd wandelt.
A
de hond
B
de mevrouw

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag!
Formuleren, paragraaf 1, opdr. 4-5-6-7-8

Slide 18 - Tekstslide

Extra uitleg nodig?
Kijk het filmpje op de volgende slide! 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video