Goed online zoeken en bronnen beoordelen

Online zoeken &
 bronnen beoordelen

Na deze les:
Weet je hoe je goed online kunt zoeken.
Weet je dat het belangrijk is je zoekresultaten te checken.
Weet je wat een bronvermelding is.
Kun je werken met Google Lens.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MediawijsheidMiddelbare schoolvmbo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Online zoeken &
 bronnen beoordelen

Na deze les:
Weet je hoe je goed online kunt zoeken.
Weet je dat het belangrijk is je zoekresultaten te checken.
Weet je wat een bronvermelding is.
Kun je werken met Google Lens.

Slide 1 - Tekstslide

Als ik ergens op Google, kies ik altijd meteen het eerste zoekresultaat
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Het eerste zoekresultaat is
niet altijd het beste. Waarom niet?

Slide 3 - Woordweb

Eerste zoekresultaat...
Het eerste zoekresultaat kan het beste zijn, maar....
Het is vaak 'gesponsord'.
Bedrijven betalen om bovenaan te staan bij zoekresultaten.
Misschien zijn de schoenen die je wilt kopen in een andere winkel wel veel goedkoper!
Kijk dus altijd even verder!

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht
Open een nieuw tabblad
Zoek op Google naar Olympische Spelen 2024
Bekijk de resultaten
Ga naar: www.duckduckgo.com 
Doe dezelfde zoekopdracht
Zie je verschil bij de zoekresultaten?

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen Google en Duckduckgo?

Slide 6 - Open vraag

Verschil Google / Duckduckgo
Google slaat zoekgeschiedenis op.
Advertenties zijn gebaseerd op jouw zoekgeschiedenis
Bij Duckduckgo zoek je anoniem.
Duckduckgo slaat geen zoekgeschiedenis op.

Slide 7 - Tekstslide

Toch Googlen?

Met Google kun je gewoon blijven zoeken.
Zorg er wel voor dat je de resultaten goed beoordeelt!
Je krijgt nu een paar goede tips om het zoeken
wat makkelijker te maken!
Tip 1: gebruik altijd korte zinnen of steekwoorden!

Slide 8 - Tekstslide

Exact zoeken met "  " 
Als je je zoekwoorden tussen haakjes zet, vind je alleen resultaten met alleen die woorden.
Probeer maar:
1. Zoek op "recept appelmoes"
2. Bekijk de resultaten
3. Zoek nu op "recept appelmoes kaneel"
4. Bekijk de resultaten. Zie je het verschil?

Slide 9 - Tekstslide

Woorden negeren met -
Als je bij je zoekwoorden een - gebruikt, wordt dit woord weggelaten bij je zoekwoorden.
Probeer maar:
1. Zoek op: games kopen
2. Probeer nu eens: games kopen -playstation
Wat valt je op als je dit vergelijkt met de vorige zoekopdracht?
     Je hoeft dit antwoord niet in te typen.

Slide 10 - Tekstslide

Zoeken op een bestandstype
Je zoekt een Word-document of PowerPoint bestand.
1. Typ in het zoekveld: filetype:doc appel
2. Klik een van de resultaten open (Word-document)
3. Of: typ in het zoekveld: filetype:pptx appel
4. Klik een van de resultaten open (PowerPoint).
Je zult zien dat je een Word-document en een PowerPoint presentatie hebt gevonden!

Slide 11 - Tekstslide

Zoeken met wildcard
Je zoekt de naam van een stoofpot uit het Midden Oosten, maar hoe heet die ook alweer? Ta, ta... iets met ine erachter.
1. Gebruik hiervoor een wildcard
2. Typ in het zoekveld: ta*ine
3. Kijk naar de zoekresultaten!
4. Het heet een......?

Slide 12 - Tekstslide

Bronnen
Kijk altijd op meer dan één website!
Staat op beide websites dezelfde informatie?
Welke informatie is juist?
Zorg altijd voor een goede bronvermelding in werkstukken.
Een bronvermelding is een site, b.v. www.fruitkist.nl
www.google.nl is GEEN bronvermelding!

Slide 13 - Tekstslide

Google Lens
Google Lens kun je gebruiken om te kijken wat/wie er op een afbeelding staat. Of waar de afbeelding vandaan komt.
1. Zoek op je mobiel op internet naar google.lens
2. Klik op Open App (er wordt niets geïnstalleerd!)
3. Klik op een foto en op het lens-icoontje
4. Richt je camera op een afbeelding en zoeken maar!
4. Wat heb je gevonden?

Slide 14 - Tekstslide

Wat heb je in deze les geleerd?
Heb je nog een tip?

Slide 15 - Open vraag

Zoekopdracht!
De volgende les krijg je van je docent een zoekopdracht.
 Beoordeel goed de gevonden informatie.
Klopt alles wel?
Noteer dan je antwoord in Kwizl.

Slide 16 - Tekstslide