4.3 hoge en lage tonen

H4 Geluid - 4.3 Hoge en Lage tonen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H4 Geluid - 4.3 Hoge en Lage tonen

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de functie van een klankkast
A
Versterkt het geluid
B
Verzwakt het geluid
C
Veranderd het geluid niet

Slide 2 - Quizvraag

Geluidssterkte meet je met een:
A
Toongenerator
B
Volumemeter
C
Decibelmeter
D
geluidssterkte meter

Slide 3 - Quizvraag

Tot hoeveel decibel is geluid veilig
A
60
B
70
C
80
D
90

Slide 4 - Quizvraag

Wat ga je vandaag leren?
  • Wat toonhoogte inhoudt
  • Hoe de toonhoogte verandert kan worden
  • Wat frequentie inhoudt
  • Het verband tussen frequentie en toonhoogte is
  • Wat het frequentiebereik van onze oren is

Slide 5 - Tekstslide

Frequentie
  • een voorwerp dat trilt  beweegt heen en weer
  • Trillen: heen en weer bewegen. 
  • Bekken van drumstel beweegt makkelijk 1000 keer  per seconde heen en weer. 
  • Frequentie: Aantal trillingen per seconde 
  • De eenheid van frequentie is Hertz (Hz)

Slide 6 - Tekstslide

De bekken van een drumstel trillen 1000 keer per seconde. Wat is de frequentie van de bekken.
A
10 Hz
B
100 Hz
C
1000 Hz
D
10000 Hz

Slide 7 - Quizvraag

Frequentie, wat houdt dit in?
Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon, dus:
       hoe meer trillingen in een seconde hoe hoger de toon.

een trilling met een frequentie van 400 Hz heeft een lagere toon dan een trilling met een frequentie van 10.000 Hz

Slide 8 - Tekstslide

Toonhoogte

Hangt af van:
  • hoe strak de snaar gespannen is
  • de dikte van de snaar snaar
  • de lengte van de snaar

Slide 9 - Tekstslide

Toonhoogte veranderen 
Toonhoogte veranderen

Viool                      Gitaar
hoge tonen          midden tonen
Contrabas
lage tonen

Slide 10 - Tekstslide

Toonhoogte veranderen 
Dikke snaren: zijn zwaarder en trillen daardoor langzamer.
Minder trillingen is lagere toon.

Dunne snaren: zijn lichter en trillen daardoor sneller.
Meer trillingen is hogere toon.

Toonhoogte veranderen Snaarinstrumenten

Slide 11 - Tekstslide

Toonhoogte veranderen 
Spanning snaren
Losser                lagere toon



Toonhoogte veranderen
Spanning snaren
Strakker                 een hogere toon



Slide 12 - Tekstslide

Toonhoogte verhogen/verlagen
Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verhogen:
De snaar strakker spannen.
De snaar korter maken.
De snaar dunner maken.

Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verlagen:
De snaar losser spannen.
De snaar langer maken.
De snaar dikker maken.

Slide 13 - Tekstslide

Toonhoogte veranderen 
Blaasinstrument: door open en sluiten van gaten veranderd lengte van lucht kolom. hoe langer de luchtkolom hoe lager de toon

Slaginstrument: door losser en strakker draaien van vel kun je toon hoger en lager maken. Hoe strakker het vel hoe hoger de toon.

Toonhoogte veranderen blaas/slag instrumenten

Slide 14 - Tekstslide

Frequentie van geluid =
A
Toonhoogte van geluid
B
Hardheid van geluid

Slide 15 - Quizvraag

Aan de slag
bladzijde 217
opgave 1 t/m 12

Slide 16 - Tekstslide

Toonhoogte verhogen/verlagen
Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verhogen:
De snaar strakker spannen.
De snaar korter maken.
De snaar dunner maken.

Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verlagen:
De snaar losser spannen.
De snaar langer maken.
De snaar dikker maken.

Slide 17 - Tekstslide

Welke geluiden hoor je?
  • Onderste gehoorgrens: laagste toon die je kan horen als mens: 20 Hertz
  • Bovenste gehoorgrens: hoogste toon die je kan horen als mens: 20000 Hertz.
  • Gebied tussen de onderste en bovenste gehoorgrens heet: gehoorbereik

Slide 18 - Tekstslide

Frequentie bereik van ons gehoor
Frequentiebereik 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag
bladzijde 219
opgave 13 t/m 22

Slide 21 - Tekstslide