theater 4

theater 4
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMBOStudiejaar 2-4

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

theater 4

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Melodrama 1700-1914
Theater populair in de Romantiek. 

Spectaculaire melodrama's moesten veel publiek trekken. Speelstijl verandert om het grote publiek (ook achterin de zaal) te bereiken:
- Harder en nadrukkelijker spreken;
- Grote gebaren, emoties worden uitvergroot;
- Duidelijke opbouw van verhaal met dezelfde types (boef, verleidelijke vrouw, held);
- Vaak goede afloop.


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Naturalistisch theater
Tussen 1880-1900
Theater waarin een perfecte illusie van de werkelijkheid wordt weergegeven. 

De schaduwzijde van de maatschappij:
- de opkomende arbeidersklasse;
- de toenemende verpaupering;
- de uitbuiting voor de bezittende klasse;

Herman Heijermans, toneelstuk 'Op hoop van zegen'. 




Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De fotografie neemt de taak van de kunstenaar over:
realistisch vastleggen. 
De kunstenaar moet op zoek naar een nieuw doel!

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De fotografie wordt een steeds toegankelijker en bekender medium in de loop van de 19e eeuw.

Noem drie ontwikkelingen die daaraan bijdragen.

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Geef hier aan welke theatrale middelen je opvallen in het stuk.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kurt Weil en Berthold Brecht
Kurt Weill is een Duits-Amerikaanse componist van Joodse afkomst die vooral bekend is geworden door zijn samenwerking met Bertolt Brecht. Die Dreigroschenoper (De Driestuiversopera) is in 1928 het eerste resultaat van deze samenwerking. In het oorspronkelijke stuk staat criminaliteit in de Londense wijk Soho model voor het door Brecht en Weill bekritiseerde wereldkapitalisme.


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vraag zie filmpje op volgende dia. Antwoorden kun je op de dia daaropvolgend.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul hier antwoord in van de vraag over Le voyage dans la Lune

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Invloed en verzet

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Invloed eigentijdse ontwikkelingen


verzet
groeiende vrijheid
individualisme
later weer engagement

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verzet in Theater
Overheid gaf subsidie, theater moest voor iedereen worden.

Gevolg:
  1. Overheid besliste over de keuze van de theaterstukken, beperking vrijheid voor theatergezelschappen
  2. Doel alsnog niet bereikt; 'het volk' ging nog steeds niet naar het theater

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Actie tomaat


Aktie Tomaat verwijst naar een protestactie die het toneel in Nederland in het seizoen 1969/70 gedurende een half jaar ontregelde en wordt gezien als het begin van een serie veranderingen binnen de Nederlandse theaterwereld.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actie tomaat
Studenten uiten onvrede door het gooien van tomaten naar acteurs

Gevolg:

  1. Subsidiestelsel op de schop
  2. Meer ruimte voor nieuwe kleine gezelschappen met experimenteel karakters
  3. Geografische spreiding gezelschappen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor ontstond ACTIE TOMAAT?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat was het gevolg van ACTIE TOMAAT?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Door verzet en experiment naar.... postmodern theater


Vragen maar geen antwoorden
Geen duidelijk omschreven definiëring
Geen verbeelding maar real-life event, publiek is onderdeel
Grens tussen kunst en realiteit vervaagd

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Postmodernisme
  • Niets is meer geloofwaardig, twijfel
  • Individualiteit laat overdaad aan keuzes, eenheid en samenhang in de kunsten verdwijnen
  • Cynisme en realisme, geen vaste ethische normen
  • Bewust opzoeken mix hoge en lage cultuur

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Postmodernisme in theater

Drie stromingen:
A. Absurdisme
B. Performance act & Happenings
C. Post-dramatisch theater

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

A. Existentialisme en absurdisme
Existentialisme: individuele vrijheid en verantwoordelijkheid, zelf zin geven aan het leven.

Absurdisme: er is geen zin in het leven, leven heeft geen betekenis.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zie je het existentialisme/absurdisme terug in de performance?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

B. Performance act & Happenings

Tekst is niet leidend
Samenhang van theater, muziek en beeldende kunst

Happenings: publieksparticipatie speelt een belangrijke rol.
In de jaren 60 werd de naam 'Happening' gebruikt voor een samenkomst van mensen die dezelfde interesse of geloofsovertuiging hadden

Slide 30 - Tekstslide

Performance art is art in which the actions of an individual or a group at a particular place and in a particular time constitute the work. It can happen anywhere, at any time, or for any length of time. Performance art can be any situation that involves four basic elements: time, space, the performer's body and a relationship between performer and audience

A happening is a performance, event or situation meant to be considered as an art. Happenings take place anywhere (from basements to studio lofts and even street alley ways), are often multi-disciplinary, with a nonlinear narrative and the active participation of the audience. Key elements of happenings are planned, but artists sometimes retain room for improvisation. This new media art aspect to happenings eliminates the boundary between the artwork and its viewer. Henceforth, the interactions between the audience and the artwork makes the audience, in a sense, part of the art. In the later sixties, perhaps due to the depiction in films of hippie culture, the term was used much less specifically to mean any gathering of interest.

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3. Globalisering
Snelle groei internationaal circuit
Verdwijnen westerse overheersing
Mix van westerse traditie met oorspronkelijke culturen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontwikkeling van globalisering
Locatietheater:
Dogtroep (1975 - 2008),
Theatergroep Hollandia (1985 - 2005) voor publiek dat niet met theater in aanraking komt (bijv. door armoede)

Multimedia theater en nieuw engagement:
Ivo van Hove, Lazarus (2015); Het nationale theater, The Nation (2017)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massacultuur vs Post dramatisch theater
Jakop Ahlbom

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massacultuur vs Post dramatisch theater
Voorbeeld: Jakop Ahlbom
Massacultuur en/of postmodernisme:
  • voor groot publiek
  • subcultuur horror
  • multidisciplinair of interdisciplinair
  • hoge vs lage kunst

Post-dramatisch theater:
  • tekst is niet leidend
  • geen doorlopend verhaal
  • multimedia
  • Meerdere focuspunten

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vraag voor de massa: welke bekende aspecten van films zag je in de trailer?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

The end!
Bedankt voor het luisteren!

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies