Cultureel interview

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
       
      Telefoon in het zakkie 
      Laptop dicht op tafel 
       Map en pen op tafel
       
      
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom bij L&L
Unit #: Wie we zijn
Learner Profile: Ruim denkend.
ATL: Gebruik intercultureel begrip om communicatie te interpreteren.
Related concepts: Language and literature, Individuals and societies.
Key concept: ....
Statement of Inquiry:
Je wordt je bewust van de rijkdom aan verschillende culturen in de klas en verbeterd daarbij je Nederlandse taalvaardigheid. We leren respectvol met elkaar om te gaan in een klas waarin iedereen zich gewaardeerd voelt.
Global context: Identities and relationships.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Voorkennis
  • Leerdoelen opstellen
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Reflectie en leerdoelen check

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht periode #
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
...
...



...
...
...
...
...

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je belangrijker: eerlijk zijn of aardig zijn? Waarom?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Ik leer vertellen over de normen en waardes bij mij thuis.
  • Ik leer hoe ik kan vragen naar de normen en waarden van een ander.


 
 

Checklist:
  • Het leerdoel is in leerlingentaal geformuleerd.
  • Het leerdoel geeft een omschrijving van de context (inhoud).
  • Er wordt een werkwoord gebruikt in het leerdoel (gedrag).
  • De condities worden weergeven in het leerdoel (voorwaarden).
  • Er zijn succescriteria gekoppeld aan het leerdoel (norm).

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
Vandaag voer je een interview met een klasgenoot. In dit interview ga je praten over de cultuur, waarden en normen van je klasgenoot.

Na het interview ga je aan de klas vertellen welke informatie je uit het gesprek hebt gehaald. 





Slide 8 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wat is een interview:
In een interview stelt de interviewer vragen aan iemand. Zo krijg je nieuwe informatie. 







Checklist: 
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp, Cornell-methode, etc.
  • Meertaligheid functioneel inzetten
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context
  • Koppeling met ATL-skills 
  • Iedereen bij de les betrekken

Slide 9 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wat is cultuur:
Cultuur is alles wat mensen met elkaar delen in een land, stad of groep. Het gaat niet alleen over kunst en muziek, maar ook over de gewoontes, feestdagen, regels, eten en kleding die mensen hebben.

Denk bijvoorbeeld aan:
Eten: In Nederland eten we vaak brood met kaas, terwijl mensen in andere landen bijvoorbeeld rijst met groenten eten.
Feestdagen: In Nederland vieren we Sinterklaas en Koningsdag, terwijl mensen in andere landen andere speciale dagen hebben.
Taal: De taal die we spreken, zoals Nederlands of andere talen die mensen in hun land spreken.
Muziek en dans: Elk land of cultuur heeft zijn eigen muziek en dans, zoals volksdansen of liedjes die belangrijk zijn voor mensen.

Cultuur is dus alles wat mensen belangrijk vinden en samen doen. Het helpt ons om te begrijpen hoe mensen in verschillende landen of groepen leven.

Slide 10 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Eten uit jouw cultuur

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Feestdagen uit jouw cultuur

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn waarden en normen?
Normen en waarden zijn belangrijke dingen in elke cultuur die ons helpen goed met elkaar om te gaan.

Waarden zijn de dingen die je belangrijk vindt in het leven. Bijvoorbeeld: eerlijkheid, respect, vriendelijkheid of samenwerken.
Normen zijn de regels of afspraken die we maken om deze waarden te volgen. Ze vertellen ons hoe we ons moeten gedragen. Bijvoorbeeld: je zegt “dankjewel” als iemand je helpt, of je wacht netjes op je beurt.

Voorbeelden:
Waarde: Respect voor anderen.
Norm: Je luistert als iemand anders praat en onderbreekt niet.
Waarde: Eerlijkheid.
Norm: Je vertelt de waarheid, ook als het moeilijk is.

Slide 13 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wat vind je dat de belangrijkste regel is, thuis of op school?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Kijk naar het voorbeeld interview met de docent en een leerling.







Slide 15 - Tekstslide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Aan de slag
Voer het interview uit met een klasgenoot (6 minuten).
Schrijf de antwoorden kort op.
Wissel daarna de rollen om.

Je mag het interview in een andere taal uitvoeren. let op, je moet het daarna
wel naar het Nederlands vertalen.

Klaar? Ga netjes op je plek zitten, begin eventueel met het vertalen.

timer
6:00

Slide 16 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Interview presenteren
Klaar met presenteren? 
Neem de tijd om je aantekeningen te lezen en eventueel te vertalen.

Schrijf netjes op wat je straks gaat vertellen aan de klas. 
timer
5:00

Slide 17 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Noem een verschil tussen culturen in de klas.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Is het moeilijk om vrienden te worden met iemand die een andere cultuur heeft dan jij?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie
Leerdoelen:
Ik leer vertellen over de normen en waardes bij mij thuis.
Ik leer hoe ik kan vragen naar de normen en waarden van een ander.



Checklist:
  • Reflecteren op leerdoelen,  ATL-skills en/ of Learner Profile
  • Doelen volgende les opstellen
  • JdW-planner

Waar gaan de leerlingen de reflectie en het leerproces vastleggen?
Toddle, whiteboard/poster/prikbord in de klas bijwerken 

Slide 20 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Eindopdracht
Typ de antwoorden van je interview netjes uit en sla deze op in je office omgeving.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies