3. Innovatie op bedrijfsniveau

1. Innovatie op bedrijfsniveau
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Praktische economieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1. Innovatie op bedrijfsniveau

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een organisatie?

Slide 2 - Open vraag

Organisatie
Een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen om bepaalde doelen te bereiken. 

"dat vergt een hele organisatie"
Organiseren
"een bepaalde structuur aanbrengen"
"iets (vaak een evenement) tot stand brengen"

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een bedrijf?

Slide 4 - Open vraag

Bedrijf
Bedrijf: wanneer een organisatie producten en/of diensten levert waar de maatschappij behoefte aan heeft.

Een bedrijf heeft dus:
* afnemers
* of klanten

Die afnemers en/of klanten betalen voor de producten of diensten

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een onderneming?

Slide 6 - Open vraag

Onderneming
Het verschil tussen een bedrijf en onderneming is dat bij een onderneming het streven naar winst wel voorop staat.

Dus hier wel Philips en niet het Maxima Medisch Centrum!

Slide 7 - Tekstslide

4 thema's
De afbeelding hiernaast laat zien wat ondernemerschap inhoudt. De ondernemer staat centraal in de binnenste cirkel. Daaromheen de 4 thema's
Regelen
Een ondernemer moet veel dingen regelen. Deze activiteiten gaan grofweg over de 4 thema's in het schema

Slide 8 - Tekstslide

4 thema's
De afbeelding hiernaast laat zien wat ondernemerschap inhoudt. De ondernemer staat centraal in de binnenste cirkel. "de vent maakt de tent"
* Product of dienst
* Markt: kopende klanten
* Financiën: geld verdienen wanneer klant betaald
* Organisatie: processen goed laten verlopen
Ondernemer neemt verantwoordelijkheid over het gehele proces: dus op alle vlakken neemt hij beslissingen

Slide 9 - Tekstslide

Bedrijf en innovatie
Gloeilamp: fundamentele vernieuwing
PS5: verbetering van eerdere versie
hiertussen: innovatie

Slide 10 - Tekstslide

Innovatie van product
Nieuwe technologie
Nieuwe technologie om hetzelfde product te maken
Nieuwe producten
Nieuwe producten uit nieuwe technologie
Nieuw productieproces
Uitvinden kunnen ook leiden tot een nieuwe manier van produceren. Producten zijn geen innovaties, maar het productieproces. Plastic emmer i.p.v. een zinken emmer.

Slide 11 - Tekstslide

Innovatie van de markt
Nieuwe markt aanboren!

Slide 12 - Tekstslide

Financiële innovatie
Nieuwe verdienmodellen:

* Combinatie van product mét dienst: printer --> nieuwe cartrigde
* Van bezit naar gebruik --> AirBnB, Uber, Spotify
* Maatwerk: gepersonaliseerde diensten --> analyseren van klantendata kan leiden tot meer inzicht in klantengedrag en kan weer leiden tot gepersonaliseerde diensten aanbieden

Slide 13 - Tekstslide

Organisatie-innovatie
De vernieuwing is meestal gericht op arbeidsproductiviteit verhogen en/of de kwaliteit van de arbeid te verbeteren.




Lopende band Toyota
Arbeidsproductiviteit gaat omhoog

Slide 14 - Tekstslide

Gevolgen van innovatie voor werknemers
Werkloosheid?


?
Innovatie leidt ook tot nieuwe banen

Slide 15 - Tekstslide

Gevolgen van innovatie voor werknemers
Flexibele werknemers

Innovatie leidt tot aanpassingen op de arbeidsmarkt:
oude banen verdwijnen, en nieuwe banen komen erbij.

Aanpassingsproblemen: werknemers verliezen hun oude werk maar hebben nog niet de juiste vaardigheden en kennis voor de nieuwe banen.

Omscholing is nodig.
 


Slide 16 - Tekstslide

Gevolgen van innovatie voor werknemers
Toekomst:
nieuwe productietechnieken en nieuwe modellen voor samenwerking.

Omscholing moderne medewerker:
aanleren nieuwe vaardigheden flexibele mindset.
 
Moderne medewerker levert toegevoegde waarde in nieuwe samenwerkingsmodellen.

Belangrijke competenties werknemers:
zelfonderzoek,
communicatieve vaardigheden,
samenwerkingscompetenties,
netwerken.

 


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Portfolio opdrachten
4. Geen een ander voorbeeld dan in de les besproken, van een bedrijf dat niet op winst is gericht.

5. Geef een voorbeeld van een uitvinding en aanpassing in jouw branche.

6. Wat vind jij van de stelling dat (technologische) innovatie ook in de toekomst niet zal leiden tot werkeloosheid? Geef je mening.

7. Wat versta jij onder een flexibele mindset?


Slide 19 - Tekstslide