2.5 Nederlanders in Indie

2.5 Nederlanders in Indonesie
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

2.5 Nederlanders in Indonesie

Slide 1 - Tekstslide

Verenigde Oostindische Compagnie (1602)
  • Nederlandse regering (Staten-Generaal) grijpt in -> te veel winst gaat verloren -> teveel concurrentie

  • Compagnieën moeten in één bedrijf.

  • Hierdoor gaan ze concurrentie tegen en kunnen de winsten ook gebruikt worden in de oorlog tegen Spanje

Slide 2 - Tekstslide

Hoe werkt de VOC?
  • Monopolie op de Oost ( alleenrecht op de specerijnenhandel) 
  • Stichten handelsposten in Indie
  • Gebruikten veel geweld om macht uit te breiden -> duidelijk maken wie de macht had.  

Slide 3 - Tekstslide

VOC


Na het faillisement van de V.O.C. werden de bezittingen van de Nederlandse staat.

Je spreekt sindsdien van de kolonie 
Nederlands Indie.

Slide 4 - Tekstslide




Kolonie: Overzees gebied dat wordt

 bestuurd door mensen uit het moederland.

Slide 5 - Tekstslide




Om de orde te handhaven werd het Koninklijk Nederlands Indisch leger opgericht!


KNIL



Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Het KNIL trad keihard op tegen vorsten die niet mee wilden werken.

Slide 9 - Tekstslide

Om 

De kolonie winstgevend te maken werd een plan bedacht!

Slide 10 - Tekstslide

Het Cultuurstelsel!

Slide 11 - Tekstslide

Het cultuurstelsel
 (1830-1870)
  • Doel: Indië moet weer winstgevend (voor Nederland) worden.

  • Nederland kreeg nog steeds het handelswaar dat ze wilde hebben.

  • Met dat geld kan Nederland een modern land worden.

    Slide 12 - Tekstslide

    Hoe werkt het cultuurstelsel? 

    • Boeren moeten 1/5 deel van hun land verbouwen met voor de Nederlanders interessante producten: koffie, thee en indigo 

    • Boeren krijgen hiervoor plantloon

    Slide 13 - Tekstslide

    Slide 14 - Tekstslide

    Hoe werkt het cultuurstelsel? 

    • De boeren moeten 66 dagen werken voor de Nederlanders (herendiensten), bijvoorbeeld wegen, kanalen en spoorwegen aanleggen

    • De vorsten (Regenten) krijgen cultuurprocenten. Hoe meer hun boeren leveren, hoe meer cultuurprocenten.

    Slide 15 - Tekstslide

    Gevolgen voor Nederland
    • Indië is binnen paar jaar weer winstgevend voor Nederland.

    • Infrastructuur (wegen, kanalen en spoorwegen) in Nederland  zijn vrijwel geheel betaald door deze winsten

    Slide 16 - Tekstslide

    Positieve gevolgen Nederlands-Indie. 

    • Verbetering van de infrastructuur op het eiland

    • Ontstaan van een geldeconomie

    Slide 17 - Tekstslide

    Negatieve gevolgen voor de boeren


    • Herendiensten.

    • Vaak meer dan 66 dagen herendiensten.

    • Plantloon is laag.

    Slide 18 - Tekstslide

    Slide 19 - Tekstslide

    Slide 20 - Tekstslide

    Slide 21 - Tekstslide

    Herendiensten

    Slide 22 - Tekstslide

    Rond 1900


    Kwam er kritiek op het cultuurstelsel.





    Slide 23 - Tekstslide

    Mede

    Door het boek 

    Max Havelaar

    Slide 24 - Tekstslide

    Slide 25 - Tekstslide

     



    Na alle kritiek 

    werd het cultuurstelsel afgeschaft en kregen ondernemers het voor het zeggen. 

    Slide 26 - Tekstslide

    Bestuur Nederlands-Indië
    Er werd een indirect bestuur ingevoerd. Inlandse vorsten en hun helpers mochten meebesturen, maar kregen opdrachten van de Nederlandse gouverneurs. 

    Slide 27 - Tekstslide

    Bestuur tijdens het cultuurstelsel
    • Nederland laat het bestaande, inlandse (Javaanse) bestuur bestaam

    • Nederland plaats boven en naast dit inlandse bestuur, een eigen, binnenlands, bestuur met Nederlandse ambtenaren aan het hoofd.
    Gouverneur-Generaal
    Gouverneur
    Resident
    Binnenlands bestuur
    Assistent-resident
    Regent
    Inlands bestuur
    Districtshoofd
    Onderdistrictshoofd
    Dorpshoofd
    Controleur

    Slide 28 - Tekstslide