10.2 Puberteit

10.2 Puberteit
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

10.2 Puberteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is dit een cel van een doelwitorgaan voor dit hormoon? Waarom wel/niet?
A
Ja, het hormoon past op de receptor
B
Nee, het hormoon past niet op de receptor
C
Ja, alle cellen reageren op dit hormoon
D
Nee, een doelwitorgaan reageert nooit op een hormoon

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt het dat je lichaam een groeispurt doormaakt in de puberteit?
A
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je overal celdeling krijgt.
B
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je celdeling in je gewrichten krijgt.
C
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je celdeling in de groeischijven van je botten krijgt.
D
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je celdeling in je wervelkolom krijgt.

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het 'biologische momentje' van de dag...
Wat is verliefd zijn?
In je lichaam worden dan hormonen en neurotransmitters (signaalstoffen in de zenuwcellen) oa. fenylethylamine, noradrenaline, adrenaline (overleven), endorfine (pijstiller, geluk, euforie), dopamine (gelukstofje, verslavend) en oxytocine (stress verlagen, sociale contacten, gevoelens) in de hersenen aangemaakt als de persoon het doelwit van de verliefdheid ziet.


De hormonen die vrijkomen zijn verslavend, waardoor de persoon de geliefde zo vaak mogelijk wil zien. Het is een emotionele reactie, vaak irrationeel en primitief.

Afwijzing door de geliefde kan leiden tot liefdesverdriet. Dit kan ook het geval zijn wanneer men zich realiseert dat de geliefde onbereikbaar is.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Puberteit - schuld van hormonen!
  • Veranderingen → regelstoffen = hormonen.
  • Hormoonklieren: o.a
      - Hypofyse
      - Geslachtsorganen.
  • Productie geslachtshormonen o.i.v hypofyse.
     - Mannelijk: Testosteron.
     - Vrouwelijk: Oestrogeen.
    + Aanmaken groeihormoon.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Testosteron en oestrogeen

Slide 7 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Secundaire geslachtskenmerken:

  • Primair geslachtskenmerken.
      (geslacht)
  •  Secundaire geslachtkenmerken.
       (puberteit)
  •  Tertiaire geslachtkenmerken.
       (gedrag, cultuur, kleding, denken,
        juiste lichaam? 


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat verandert 
er nog meer allemaal?

- Jeugdpuistjes
- Zweten
- Gevoelens

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

-  

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transgender of transseksueel
Iemand die zich niet thuis voelt in zijn lichaam: transgender

Ongemakkelijk voelen in eigen lichaam = genderdysforie

Iemand die van geslacht verandert: transseksueel

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als mijn vriend(din) van geslacht zou veranderen, zou ik geen vrienden meer willen zijn.
eens
oneens
dat weet ik niet

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten 10.2
vwo: maken: 3, 5, 8, 9, 11 en 17
havo: 3, 5, 7, 9, 13 en 16

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies