Fases 2. 2B Vakjargon Economie & Handel

• Consumptieve techniek
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

Economie & Handel

Vaktaal = vakjargon

Vaktaal of vakjargon is taalgebruik binnen een bepaalde beroepsgroep of vakgebied. Het taalgebruik is zo specifiek op het beroep gericht dat buitenstaanders de woorden of uitdrukkingen moeilijk kunnen begrijpen. In plaats van vakjargon heeft men het ook wel over vaktaal.

Vakjargon E&H

Deze les gaat over specifieke woorden die passen binnen de sector Economie& Handel

Ken jij de volgende woorden?

Wat zag je op de vorige dia?

Met welke transportmiddelen kan je een palet vervoeren?

wat zie je hier?

1. het personeel
2. de streepjescode
3. de magazijnmedewerker
4. het statiegeld

Hier zie je voorbeelden
van emballage ... ?

1. Juist
2. Onjuist

Wat zag je op de vorige dia?

Wat zag je op de vorige dia?

KCA-logo

Weet je niet zeker of iets kca is? Kijk dan op het kca-logo op het artikel staat.

Wat betekent dit pictogram?

1. Restafval
2. Verbod op elektrische apparatuur
3. GFT (Groente-, fruit- en tuinafval)
4. Kca (Klein chemisch afval)

Waar hoort dit afval:
nagellakremover
met aceton

1. GFT
2. restafval
3. PMD
4. Kca

Groen afval

plastic afval

Klein chemisch Afval

Glas afval

rest afval

Sleepvraag

Recyclen!!! Waar gooien we het in?

In de oranje prullenbak mag PMD-afval.

PMD-afval kan gerecycled worden. Het is daarom belangrijk dat het in de juiste bak komt.

PMD staat voor Plastic, Metalen en Drinkpakken.

Wat is PMD?

Flessen met statiegeld moeten niet bij het PMD. Deze moet je inleveren in bij de supermarkt. 

Blikjes en drinkpakken mogen wel bij het PMD, ook al is het geen plastic.

Hard plastic, zoals speelgoed, mag niet bij het PMD.

De verpakkingen moeten wel leeg zijn voordat je ze in de oranje bak gooit. 

Wat mag bij het PMD?

Sleep het juiste woord naar het nummer!

Een supermarkt is een voorbeeld van een ...(1)....

De schappen in een supermarkt zijn ingericht volgens een ...(2)....

Het aantal dezelfde producten dat naast elkaar staat, noem je een ...(3)....

toonbankwinkel

facing

schappenplan

Welk hulpmiddel past het best bij de omschrijving? Sleep de omschrijvingen naar de hulpmiddelen. Je mag elk hulpmiddel één keer gebruiken.

Je moet een heleboel verpakkingen naar de vulploeg van de supermarkt brengen om uit te laten pakken.

Je moet losse blikjes cola van het magazijn naar de winkel brengen.

Je moet een paar dozen aan het eind van een smalle gang neerzetten.

Je moet een stoel van de kantine naar het kantoor brengen.

Vormen van derving

• diefstal (criminele derving)
• verkeerd ingevulde voorraadkaart (administratieve fout)
  
• bederven (niet criminele-derving)
• kapot vallen (niet-criminele derving)
• pakbon die niet gecontroleerd is (administratieve fout)
  

Wat zag je op de vorige dia?

Derving

Wat zag je op de vorige dia?

Zoek alles bijelkaar

Jullie krijgen nu allemaal kaartjes. Zoek steeds  bij de verschillende  woorden (vakjargon) de juiste afbeelding en de omschrijving bij elkaar.

Veel Succes!