Het Skelet

Het Skelet
We bestaan uit verschillende soorten weefsels, zenuwweefsel, spierweefsel, dekweefsel, steunweefsel etc
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het Skelet
We bestaan uit verschillende soorten weefsels, zenuwweefsel, spierweefsel, dekweefsel, steunweefsel etc

Slide 1 - Tekstslide

Het Skelet
We bestaan uit verschillende soorten weefsels, zenuwweefsel, spierweefsel, dekweefsel, steunweefsel etc

Slide 2 - Tekstslide

Welke weefsels vallen onder steunweefsel?
A
Bindweefsel, Botweefsel en kraakbeen
B
Huid, kraakbeen en bindweefsel
C
Opperhuid, lederhuid en bindweefsel
D
Spierweefsel, Zenuwweefsel en dekweefsel

Slide 3 - Quizvraag

Botweefsel:
Botweefsel is levend weefsel
Bot bestaat uit: beenvlies, compact beenweefsel en sponsachtig beenweefsel

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De functie van rood beenmerg is?
A
Produceren van bloedcellen (rode & witte) en bloedplaatjes
B
Het is een belangrijke voedingstof
C
Het helpt bij de groei van de botten

Slide 6 - Quizvraag

Sponsachtig beenweefsel komt in alle botten voor, maar in welke het meest?
A
Pijpbeenderen
B
Onregelmatige beenderen
C
Platte beenderen

Slide 7 - Quizvraag

Beenmerg vinden we vooral in?
A
In het periost
B
In het compacte beenweefsel
C
In het sponsachtige beenweefsel
D
In de groeischijf

Slide 8 - Quizvraag

Welke soorten kraakbeen kennen we?
A
Glasachtig, elastisch en vezelig
B
Elastisch, stevig en dun kraakbeen
C
Vezelig kraakbeen en bindweefsel
D
Hyalien kraakbeen en vezelig kraakbeen

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Ruggenmerg/zenuwen
Vanaf eerste halswervel (atlas) tot tweede lendenwervel
Door het wervelgat heen

Zijn de bovenste twee halswervels
Hebben een bijzondere vorm
Hierdoor is ja-knikken en nee-schudden mogelijk


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Spieren
Spierweefsel is te onderscheiden op basis van vorm & functie
Drie soorten:
Dwarsgestreept spierweefsel
Glad spierweefsel
Hartspierweefsel
Overeenkomsten:
Opgebouwd uit (meestal) langgerekte spiercellen spiervezels
Maken beweging mogelijk door samentrekken/ontspannen



Slide 14 - Tekstslide

Dwarsgestreept spierweefsel
Dwarsgestreepte uiterlijk komt door meerdere naast en achter elkaar liggende sarcomeren
Zijn vooral de spieren die met ons skelet verbonden zijn
Maken beweging mogelijk
Werken o.i.v. onze wil
Willekeurig spierweefsel
Werken snel
Snel vermoeid

Slide 15 - Tekstslide

Glad spierweefsel
Vooral te vinden in holle organen
Spijsvertering, bloedvaten, luchtwegen
Reageren langzaam
Onvermoeibaar
Onwillekeurige spieren
Worden onbewust aangestuurd door het autonome zenuwstelsel

Slide 16 - Tekstslide

Hartspierweefsel
is dwarsgestreept spierweefsel

Werkt  als glad spierweefsel
Reageert snel
Onvermoeibaar 


Slide 17 - Tekstslide

Dwarsgestreept spierweefsel is..
A
Willekeurig en onvermoeibaar
B
Willekeurig en snel vermoeid
C
Onwillekeurig en onvermoeibaar
D
Onwillekeurig en snel vermoeid

Slide 18 - Quizvraag

Voorbeelden van medicijnen die invloed hebben op glad spierweefsel:
Antihypertensiva die zorgen dat het gladde spierweefsel in vaatwanden ontspant  vasodilatatie (vaatverwijding)  bloeddruk daalt. Bv...
Angiotensine II blockers
ACE-remmers
Bronchodilatatoren die zorgen dat het gladde spierweefsel in de luchtwegen ontspant  bronchodilatatie (luchtwegverwijding)  makkelijker ademen. Bv…
Salbutamol
Ipratropium


Slide 19 - Tekstslide

Voorbeelden van medicijnen die invloed hebben op glad spierweefsel

Antihypertensiva (angiotensine II blockers of ACE-remmers) zorgen voor het dalen van de bloeddruk.
Antihypertensiva heeft invloed op het gladde spierweefsel..
Maar wat doet het precies?

Slide 20 - Tekstslide

Antihypertensiva zorgt voor een bloeddruk daling door...
A
Vaatverwijding (vasodilatie)
B
Vaatvernauwing (vasoconstrictie)

Slide 21 - Quizvraag

Voorbeelden van medicijnen die invloed hebben op glad spierweefsel
Bronchodilatatoren zorgen ervoor dat je makkelijker gaat ademen omdat je luchtwegen ontspannen (Salbutamol & Ipratropium) die zorgen dat het gladde spierweefsel in de luchtwegen ontspant bronchodilatatie (luchtwegverwijding) makkelijker ademen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

De Huid
  • Dekweefsel (epitheel) > bevat geen bloedvaten
  • Opperhuid
  • Lederhuid
  • Onderhuidsbindweefsel

Slide 24 - Tekstslide

Functies van de huid
  • Bescherming (ziekteverwekkers, bloedstolling, pigment biedt bescherming tegen de zon)
  • Temperatuurregeling
  •  Zingtuigfunctie 
  • Vitamine D aanmaak

Slide 25 - Tekstslide

Voor volgende week:

16 oefenvragen:
https://LessonUp.app/invite/h/2qyqN3iTpE3yLQiHL

Maken: opdracht 5.2 en 6.2
 

Slide 26 - Tekstslide