Politiek week 3

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 2

Lesdoelen

• Nieuwsquiz
• Nieuwspresentaties
• Rol van de media
• Politieke partijen
• Politieke stromingen
• Links, rechts, progressief en conservatief

www.lessonup.com

Nieuwspresentaties Apeldoorn

Nieuwspresentaties Deventer

Uitslag verkiezingen

informateur

formateur

Welke coalities zijn mogelijk om tot een meerderheid te komen?

3 of 4 coalities

Bijvoorbeeld:

PVV, VVD, NSC: 81 zetels

PVV, PvdA/GL, NSC: 82 zetels

PvdA/GL, VVD, NSC, BBB: 76 zetels

Opdracht

• Elke groep heeft 1 of meerdere vertegenwoordigers per partij. Alle vertegenwoordigers zoeken per partij uit wat de standpunten zijn

• Vergelijk met elkaar: Wat zijn de overeenkomsten? Welke punten komen sowieso in het regeer akkoord

• Wat zijn de verschillen. Welke standpunten per partij komen in het regeer akkoord op basis van het aantal zetels wat elke partij vertegenwoordigd

• Stel dit mogelijke regeerakkoord op in een duidelijk overzicht

• Onderbouw als groep waarom jullie denken dat dit een haalbaar regeerakkoord zou kunnen zijn of waarom niet. Leg per punt uit waarom wel of niet

• Verwerk je uitkomsten in een presentatie en presenteer dit aan de klas aan het einde van deze les

Je hebt 45 minuten om dit uit te werken, per groepje 10 minuten om te presenteren. 

Rol van de media

Politieke partij

Een organisatie van mensen die ongeveer hetzelfde denken over hoe problemen in de samenleving moeten worden opgelost

• Je kunt lid worden van een partij
• Je kunt zelf een partij oprichten
• Je kunt ook lid worden van een jongeren afdeling
• Standpunten over zorg, werk, onderwijs, milieu, etc

Verschillende stelsels in verschillende landen

• Eenpartijstelsel: 1 partij is dominant of er is maar 1 partij

      Bijvoorbeeld China & Cuba, vaak met communistische achtergrond

• Tweepartijen stelsel: 2 dominerende partijen, 1 regeert, 1 is oppositie. Bijvoorbeeld Amerika 

• Meerpartijenstelsel: minimaal 3 partijen mogen meedoen aan de verkiezingen en verschillende partijen kunnen samen 1 regering vormen. Bijvoorbeeld Nederland

Partijen in Nederland

Politieke stromingen

Een groep mensen met hetzelfde idee over hoe de samenleving eruit zou moeten zien.​

​

Belangrijke stromingen in Nederland:​

• liberalisme​
  
• socialisme​
  
• sociaaldemocratie​
  
• christendemocratie​
  

​

De meeste politieke partijen zijn gebaseerd op een van deze stromingen.

Liberalisme

• Persoonlijke vrijheid​
•  Eigen verantwoordelijkheid​
•  Zo min mogelijk overheidsbemoeienis met burgers/ samenleving ​
•  VVD, D66 

Socialisme en sociaal democratie

Socialisme​

• Gelijkheid​
  
• Een actieve overheid in de samenleving​
  

​Sociaaldemocratie​

• Geleidelijke hervormingen​
  
• Gelijke kansen​
  
• Positie van armen verbeteren​
  
• PvdA, SP, GroenLinks

Christendemocratie

Een politieke stroming waarin het christelijk geloof centraal staat. ​

• Normen en waarden van het christendom​
  
• Gezin​
  
• Gespreide verantwoordelijkheid van overheid en burgers ​
  
• CDA, ChristenUnie, SGP

Populisme

• Er zijn politieke partijen die hun standpunten opstellen aan de hand van actuele gevoelens en opvattingen die onder de bevolking leven = populisme​
• Populisten zetten zich vaak af tegen politici die aan de macht zijn ​
• Hebben vaak een sterke leider die grote groepen in de samenleving aanspreekt​
  
• In Nederland wordt de PVV door veel mensen gezien als populistische partij 
  

One-issuepartijen

Politieke partijen die zich vooral richten op één onderwerp of een specifieke doelgroep

Links en rechts

Lesopdracht

Aan de slag met het vormen van een coalitie

Aan de slag!

Nieuws presentatie volgende week Apeldoorn

Nieuwspresentie volgende week Deventer

Lesdoelen

• Nieuwsquiz
  
• Nieuwspresentatie
• Rol van de media
  
• Politieke partijen
  
• Politieke stromingen
  
• Links, rechts, progressief en conservatief 

Terugblik verslag

Vul aan tot en met deze les