Les 6 - Vluchtelingen en asielzoekers

VZ specifieke doelgroepen
les 6 - Vluchtelingen en asielzoekers
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

VZ specifieke doelgroepen
les 6 - Vluchtelingen en asielzoekers

Slide 1 - Tekstslide

Geschiedenis
  • In de middeleeuwen vluchtten mensen vanwege het geloof naar Nederland.
  • In de Eerste Wereldoorlog kregen er ongeveer 1 miljoen Belgen onderdak in Nederland.
  • Sinds de jaren 80 van de vorige eeuw komen grotere groepen asielzoekers naar Nederland en Europa.

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen 1/2
  • Een vreemdeling is iemand die (nog) niet de nationaliteit heeft van het land waar hij woont.
  • Een asielzoeker is iemand die in een ander land de vluchtelingenstatus aanvraagt. Deze persoon wacht de uitkomst van de procedure af in een asielzoekerscentrum (azc).
  • Een amv (alleenstaande minderjarige vreemdeling) is een asielzoeker, die nog geen 18 is. Hij/zij is zonder ouders of andere familieleden naar Nederland gekomen. Hij krijgt van de Nederlandse overheid een voogd (wettelijke vertegenwoordiger) toegewezen.

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen 2/2
  • Een vluchteling is iemand die uit gegronde vrees voor vervolging uit zijn land van herkomst is gevlucht en een asielvergunning in een ander land krijgt. Noemen we ook wel statushouder of vergunninghouder.
  • Een illegaal is iemand die zonder geldige verblijfsvergunning in een ander land verblijft.
  • Een allochtoon is een persoon van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren. Met autochtoon wordt een oorspronkelijke bewoners van een gebied of land aangeduid.

Slide 4 - Tekstslide

Aantallen
De aantallen wisselen door de maatschappelijke situatie, maar is ook sterk afhankelijk van overheidsbeleid, zowel landelijk als Europees. 

Slide 5 - Tekstslide

Waarom vlucht men (o.a.)?
  • Oorlog en geweld
  • Geloof
  • Politieke conflicten
  • Seksuele geaardheid
  • Culturele minderheid
  • Andere redenen, zoals een natuurramp of armoede
  • Combinatie van redenen

Slide 6 - Tekstslide

Leefsituatie van asielzoeker 1/3
  • Werken | Eerste half jaar: niet. Na 6 maanden: beperkt (max. 24 weken per jaar). Verblijfsvergunning: geen voorwaarden.
  • Lichamelijke problemen | Oorlogsverwondingen, pijnklachten door uitputting en spanning, ondervoeding.
  • Psychische problemen | Trauma's of PTSS (post-traumatische stressstoornis). Stress of zelf depressies door o.a. onzekerheid. Verslavingen. Hospitaliseren.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Leefsituatie van asielzoeker 2/3
  • Woonomgeving | Opvangvoorziening vaak voor 6-8 mensen: slaapkamer (voor 2) met bed en locker, gezamenlijke zitkamer, keuken en badkamer. Verhuizen vanwege volgende fase procedure, centra sluit, ander centrum beter geschikt, eigen verzoek.
  • Sociaal netwerk | Veelal achtergelaten of gebroken, in het opvangcentrum ontstaan nieuwe netwerken. 

Slide 9 - Tekstslide

Leefsituatie van asielzoeker 3/3
  • Communicatie | Veel gaat via-via of via social media. Taal is een uitdaging, maar ook het cultuurverschil (afdingen, je mening geven, etc).
  • Inburgering | Op het asielzoekerscentrum eerste start gemaakt. Wanneer men een verblijfsvergunning heeft, is inburgering verplicht. www.inburgeren.nl

Slide 10 - Tekstslide

Vluchtverhaal van Mustapha
Lees het vluchtverhaal van Mustapha.

Noteer volgens het 8-fasenmodel 
hoe iedere fase eruit moet of kan zien.

Slide 11 - Tekstslide