A of B merk, wat kies jij?

A en B merken
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkooppraktijkPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

A en B merken

Slide 1 - Tekstslide

Waar hebben we
het de vorige keer
over gehad?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Ik wil alleen maar A-merken
Ja want deze zijn het lekkerst
Nee maakt mij niet zo veel uit

Slide 4 - Poll

A-merken zijn altijd duurder
Ja dat is waar
Nee dat is niet waar

Slide 5 - Poll

A-merken zijn altijd beter
Ja, want deze zijn het lekkerst
Nee, B-merken zijn ook goed

Slide 6 - Poll

Noem zoveel mogelijk
A merken

Slide 7 - Woordweb

A-Merken

- Duurder
- Bekender
- Meer reclame

Opvallende plek in supermarkt 
B-Merken

- Goedkoper
- Minder bekend
- Minder reclame

Minder opvallende plek in supermarkt

Slide 8 - Tekstslide

Noem zoveel mogelijk
B merken

Slide 9 - Woordweb

Wat moet je doen?
1. Op de volgende pagina zie je een 

Wat ga je doen:

- je krijgt een boodschappenlijstje uitgedeeld,
- Zoek op internet de prijs van de producten,
- Je mag zelf de supermarkt uitkiezen, het moeten wel allemaal A-merken zijn,
- Let goed op de aantallen van de producten.

Slide 10 - Tekstslide

Wat moet je doen?
1. Op de volgende pagina zie je een 

Wat ga je doen:

- Je gaat nu hetzelfde doen voor B-merken,
- Reken van de A en B merken het totaal uit,
- Reken het verschil tussen beiden uit.


Slide 11 - Tekstslide

Mijn kar met boodschappen A merk kost 90 euro. Wat kost het ongeveer als ik B merk had gekocht?
A
75 - 80 euro
B
65 - 70 euro
C
45 - 50 euro
D
30 - 35 euro

Slide 12 - Quizvraag

Als ik van mijn eigen geld boodschappen moet doen koop ik:
A
A MERKEN
B
B MERKEN

Slide 13 - Quizvraag

Mijn mening over A en B merken is:
Veranderd
Hetzelfde gebleven

Slide 14 - Poll

Slide 15 - Tekstslide