P1 les 6 - Samenwerken

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 4

SLB - Samenwerken 

SLB

- je onderzoekt jouw goede en minder goede eigenschappen in een samenwerking

- je stelt vast welke vaardigheid je wilt leren in de volgende periode

Hoe belangrijk vind jij het om meer te leren over samenwerken?
(1 = onbelangrijk, 4 = belangrijk)

1

2

3

4

Kun jij goed samenwerken?
Kies het antwoord dat het beste bij jou past.

1. Samenwerken vind ik leuker. Samen bereik je meer dan alleen
2. Hangt er van af met wie
3. Ik begrijp vaak niet wat anderen bedoelen
4. Ik kan beter alleen werken

Wat is volgens jou samenwerken?

Wat is volgens jou nodig voor een goede samenwerking?

Wat is samenwerken?

Samenwerken is succesvol omgaan met anderen / samen een doel bereiken. 

Op je werk, thuis, sport, school of stage waar dan ook werk je samen of wordt het van je gevraagd om samen te werken. Samenwerken is een belangrijke competentie en wordt dan ook bijna altijd naar gevraagd bij sollicitaties. 

Wat is er voor nodig om samen te werken (1)?

Sociale vaardigheden:

Netwerken → de juiste mensen kennen en 2 weten er meer dan 1

Assertief zijn → een goede balans vinden in belangen en gevoelens

Diversiteit → met verschillende mensen kunnen samenwerken

Agressie en conflicten → je moet hiermee om kunnen gaan

Wat is er voor nodig om samen te werken (2)?

Sociale eigenschappen:

Sensiviteit → rekening houden met gevoelens en behoeften van anderen

Empathie of inlevingsvermogen → je moet je in kunnen leven in gevoelens van anderen

Tact → vermogen om irritaties te voorkomen of conflicten op kunnen lossen

Opdracht 1: deel 1 van 3

Denk aan situaties waarin je hebt samengewerkt en kijk of je onderstaande punten herkent. Hoe heb jij je opgesteld tijdens het samenwerken? Wat ging goed en wat zou beter kunnen? 

Schrijf in jouw SLB - schrift over de volgende stellingen en geef zoveel mogelijk voorbeelden: 

1 Je zet je in om samen met anderen het doel te bereiken

2 Je draagt bij aan het gezamenlijk resultaat, ook wanneer je daarbij niet direct persoonlijk belang hebt. Met andere woorden: je stelt het gezamenlijk belang boven het eigen belang.

3 Je speelt informatie die voor anderen van belang kan zijn tijdig door

4 Je respecteert de deskundigheid van anderen en je maakt er optimaal gebruik van.

Opdracht 1: deel 2 

Hoe heb jij je opgesteld tijdens het samenwerken? Wat ging goed en wat zou beter kunnen? 

Beantwoord deze vragen in jouw SLB - schrift: 

5 Je helpt collega's om hun doelen te bereiken. Je biedt spontaan hulp aan waar dat nodig is.

6 Je steunt goede ideeën en initiatieven van anderen. Je pakt ze positief op en bouwt erop voort in de richting van een gemeenschappelijk doel.

7 Je blijft meedenken en je levert bijdragen aan het groepsproces, ook wanneer je er geen persoonlijk belang bij hebt.

8 Je zet je in voor het bereiken van win-win opties, waarvan het hele team profijt heeft.

Opdracht 1: deel 3 

Hoe heb jij je opgesteld tijdens het samenwerken? Wat ging goed en wat zou beter kunnen? Beantwoord deze vragen in jouw SLB - schrift: 

9 Je uit je positief over prestaties van collega's.

10 Je draagt samen met anderen bij aan het aanpakken van conflicten, problemen en spanningen in het team.

11 Je bent in teamsituaties bereid te onderhandelen en concessies te doen om tot een gezamenlijk resultaat te komen.

Wat is een team eigenlijk? 

Een team is niet een willekeurig stel mensen met verschillende functies, maar een groep mensen met ieder een eigen rol die voor de andere teamleden duidelijk is. 

Teamleden zoeken bewust bepaalde rollen op en zij functioneren optimaal in de rol die hun van nature het beste ligt.

Als teams effectief omgaan met verschillen in denken en doen, verslaan ze teams die velen malen intelligenter zijn zijzelf.

  Bedrijfsman: de nuchtere aanpakker

  Brononderzoeker: de enthousiaste netwerker en ‘ideeënverbinder’

  Monitor: de bedachtzame analysator

  Plant: de creatieve solist

  Vormer: de drijvende kracht

  Voorzitter: de neutrale organisator

  Groepswerker: de warme sfeerbewaker

  Zorgdrager: de perfectionistische afmaker

  Specialist: de vakman op zijn eigen terrein

Opdracht 2 

Maak de teamrollentest op:

http://www.123test.nl/groepsrollentest

En maak een screenshot van jouw uitslag en plaats die in jouw SLB - "schrift" 

Sluit de test niet als je klaar bent!

Aan welke rol heb jij de meeste punten gegeven? (Bedrijfsman, Brononderzoeker, Plant, Monitor, Vormer, Voorzitter, Zorgdrager, Groepswerker of Specialist).

Iedereen is uniek, heeft goede en slechte kanten. 

Voordeel: je hebt in een team verschillende kwaliteiten

Nadeel: je moet ook omgaan met eigenschappen van iemand die je niet prettig vindt. 

Jij mag zijn wie jij bent, maar een ander ook!

Waarom doe jij dingen zoals je doet en waarom vind je dingen bij een ander irritant?

Als je je uitdaging ontwikkeld, wapen je jezelf tegen je valkuil, ben je minder vatbaar voor je allergie en heb je een kwaliteit ontwikkeld.

Daniel Offman

Opdracht 3: Challenge! 

Vaardigheden leer je door te doen! 

Door te onderzoeken wat jouw rol is, wat er goed ging en wat er beter kan. 

Iedereen kan leren samenwerken, maar het gaat niet vanzelf.  Werk er actief aan en ben er heel bewust mee bezig. Je leert van het project, maar ook van het proces van samenwerken. 

Challenge: "Kies een vaardigheid die je wil leren  (bijvoorbeeld ondersteunen, positief zijn, accepteren dat iedereen anders is,  de kennis of kwaliteiten van je teamgenoot gebruiken) en focus je bij het volgende project op het leren van die vaardigheid". 

Schrijf jouw Challenge, wat ga jij leren, nu in je SLB - schrift.  

PS Denk aan jouw uitdagingen, allergieen en valkuilen. 

Wat is het belangrijkste wat jij wilt onthouden uit deze les?

- je onderzoekt jouw goede en minder goede eigenschappen in een samenwerking

- je stelt vast welke vaardigheid je wil leren in de volgende periode

En behaald?

Hoe tevreden ben jij met deze les?

😒🙁😐🙂😃

Tot de volgende keer! 

Dan hebben we het over: 

"Leerstijlentest".