Huiswerkkaart 1
1 / 10
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de prikkel in deze zin?
"Je loop naar buiten en doet snel je jas aan, het is namelijk erg koud buiten."
"Je loop naar buiten en doet snel je jas aan, het is namelijk erg koud buiten."
Slide 2 - Open vraag
Met welk zintuig neem je de prikkel waar?
"Je loop naar buiten en doet snel je jas aan, het is namelijk erg koud buiten."
"Je loop naar buiten en doet snel je jas aan, het is namelijk erg koud buiten."
Slide 3 - Open vraag
Wat is je reactie op de kou?
"Je loop naar buiten en doet snel je jas aan, het is namelijk erg koud buiten."
"Je loop naar buiten en doet snel je jas aan, het is namelijk erg koud buiten."
Slide 4 - Open vraag
"Jip is 5 jaar oud en valt in de speeltuin op zijn knieën. Hij begint hard te huilen en zijn moeder komt naar hem toe om hem te troosten."
Wat is de prikkel voor Jip?
Wat is de prikkel voor Jip?
A
Zijn moeder
B
Kou
C
De speeltuin
D
Pijn
Slide 5 - Quizvraag
"Jip is 5 jaar oud en valt in de speeltuin op zijn knieën. Hij begint hard te huilen en zijn moeder komt naar hem toe om hem te troosten."
Met welk zintuig neemt hij de prikkel waar?
Met welk zintuig neemt hij de prikkel waar?
A
Warmtezintuig
B
Tastzintuig
C
Pijnzintuig
D
Koudezintuig
Slide 6 - Quizvraag
"Jip is 5 jaar oud en valt in de speeltuin op zijn knieën. Hij begint hard te huilen en zijn moeder komt naar hem toe om hem te troosten."
Wat is de reactie op de prikkel?
Wat is de reactie op de prikkel?
Slide 7 - Open vraag
Je zintuigen zetten prikkel om naar een berichtje die je hersenen begrijpen. Hoe heet zo'n berichtje?
Slide 8 - Open vraag
Bij een reflex reageer je eerder dan dat je hersenen het doorhebben.
A
Juist
B
Niet juist
Slide 9 - Quizvraag
Maak een samenvatting, woordweb, flashcards of iets anders over alle stof van dit hoofdstuk. Maak een foto hiervan en zet het hieronder in.
