Thema 6, week 4 Woordendictee

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Welke twee emoties zie jij?

Slide 2 - Open vraag


Slide 3 - Open vraag

kijk goed!
wijsheid

Slide 4 - Tekstslide

schrijf op

Slide 5 - Open vraag

vrijheid

Slide 6 - Tekstslide

schrijf op

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide


C of K ?
Schrijf het woord op

Slide 9 - Open vraag


C of K ?
Schrijf het woord op

Slide 10 - Open vraag

C of K
ma..roni

Slide 11 - Open vraag

C of K
nar..is

Slide 12 - Open vraag

C of S

Slide 13 - Open vraag

C of S

Slide 14 - Open vraag

C of S

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

's morgens
Vroeger zei men des morgens
De apostrof staat op de plaats van de


De apostrof kan dus letters vervangen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Gebruik de apostrof.
des middags

Slide 19 - Open vraag

Luister goed
De woorden aan de linkerkant hebben allemaal een lange klank
aa / oo/ uu/ oo /ie/, maar je schrijft ze met één letter.

Om de lange klank te behouden, schrijf je in het meervoud een komma voor de s.

kilo’s

menu's

panda's

kiwi’s

guppy’s

Slide 20 - Tekstslide

de e doet niet mee
Bij woorden op -ee en -ie is dit niet nodig.

Daarom schrijf je de s in die gevallen aan het woord vast.

tralies

abonnees

dictees

toffees

tralies

guppy’s

Slide 21 - Tekstslide

Meervoud -s of -'s
A
babys
B
baby's

Slide 22 - Quizvraag

Meervoud -s of -'s
A
garage's
B
garages

Slide 23 - Quizvraag

Meervoud -s of -'s
A
ballerina's
B
ballerinaas

Slide 24 - Quizvraag

spelling

 Thema 6, week 4
Woordendictee

Slide 25 - Tekstslide