Unit 2 Lesson 2.1 Writing

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Tuesday

 12 September 2024

Lesson plan

• Unit 2 Lesson 2 'Writing'
• Recap Grammar
• PractiseMore Unit 2
• Self-Test Unit 2

Homework

My goal - our goals

Aan het einde van deze les...

... heb je de 'words' + 'phrases' Unit 2 Lesson 1.2 geoefend

... heb je grammmar: de Present Perfect & de Past Simple herhaald

Recap: Past / Simple Present Perfect,  

page 46/47

Please, take out your notebook

Als iets in het verleden is gebeurd en afgelopen is.

 

Yesterday, last week, last month, two days ago, four days ago, months ago, a second ago, etc.

LADY (afkorting van de 4 soorten signaalwoorden) W

• Last (last year, last summer)
  
• Ago (a year ago, two days ago)
  
• Date (een datum)
  
• Yesterday
  
• When ..?

LADY stands for...

• Last
• Ago
• Date
• Yesterday

Past Simple

Present Perfect / Voltooid tegenwoordige tijd

1. When to use de Present Perfect? 

Als je wilt zeggen dat iets is gebeurd en het niet belangrijk is wanneer.

For example: We have finished all our work.

She has given me a really good idea.

2. When to use de Present Perfect? 

Als je wilt zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nog steeds doorgaat. 

In de zin staat dan vaak: since, for, in !!! Denk aan 'Fijne Jas' 

For example: I have been here since ten o'clock.

Dominic has waited for hours.

We haven't seen you in weeks.

FYNE JAS  stands for...

• For
• Yet
• Never
• Ever
• Just
• Already/Always
• Since

Difference between the Present Perfect and Past Simple

• Bij de Past Simple  de actie in het verleden is gebeurd en is afgelopen.
  
• Bij de Present Perfect gebeurt de actie nog steeds of is er een link met het verleden. 

Let's practise

Unit 2 Lesson 2

Do:   Exc. 21, page 47

+ Chromebook - Unit 2 / Lesson 2 PractiseMore

+ SelfTest

Thursday, September 12

Unit 2 Lesson 2

Do: Exc. 21, page 47

+ 

Chromebook - Unit 2 / Lesson 2 PractiseMore

+ 

SelfTest