H2.4 deel 2 Ravj

Welkom
4 MAVO ||  2024-2025

Hoofdstuk 2 - Geld genoeg?
Exameneenheid Consumptie

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
4 MAVO ||  2024-2025

Hoofdstuk 2 - Geld genoeg?
Exameneenheid Consumptie

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Vorige les
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Noem de functies van geld inclusief voorbeeld

Slide 3 - Open vraag

Soorten geld
  • Chartaal geld:
  • Contant geld of cash is tastbaar: munten en bankbiljetten. Het contante geld dat bij personen, bedrijven en instellingen in gebruik is, heet officieel chartaal geld. Contant geld dat bij banken in de kluis ligt, telt niet mee.

  • Giraal geld:
  • Geld dat op bankrekeningen staat, is niet tastbaar. Het geld dat bij banken op betaalrekeningen staat, heet officieel giraal geld. Geld op spaarrekeningen telt niet mee.

Slide 4 - Tekstslide

Functies van geld
  • Ruilmiddel: je koopt of verkoopt goederen of diensten met geld.

  • Rekenmiddel: je kunt de waarde van verschillende producten met elkaar vergelijken.

  • Spaarmiddel: je geeft een deel van je inkomen niet uit, zodat je het later kunt gebruiken

Slide 5 - Tekstslide

Elektronisch betalen

Geld overmaken van de ene bank naar de andere bank
  • Drie manieren:
  • met internetbankieren
  • bij een webwinkel. Je betaalt bijvoorbeeld via iDeal, PayPal, Afterpay of via een creditcard.
  • bij een betaalautomaat met je pinpas pincode of contactloos

Slide 6 - Tekstslide

Creditcard
  • Je kunt een creditcard krijgen als je 18 jaar of ouder bent.
  • Bij aankopen met een creditcard worden je betalingen meestal aan het eind van de maand van je rekening afgeschreven.
  • Soms mag je er langer over doen om het voorgeschoten bedrag aan de creditcardmaatschappij terug te betalen. Je betaalt dan wel rente over dat bedrag.

Slide 7 - Tekstslide



Creditsaldo

‘in de plus’
positief saldo




Debetsaldo

‘in de min’
‘negatief saldo’

Rekeningafschrift

Slide 8 - Tekstslide

Functies van geld
  • Ruilmiddel: je koopt of verkoopt goederen of diensten met geld.

  • Rekenmiddel: je kunt de waarde van verschillende producten met elkaar vergelijken.

  • Spaarmiddel: je geeft een deel van je inkomen niet uit, zodat je het later kunt gebruiken

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De bank en het betalingsverkeer
  • Banken hebben een belangrijke taak in het betalingsverkeer. Ze verbinden tussen:
  • - vraag naar geld en
  • - aanbod van geld.
  • Hoe beter het gaat met de economie, hoe meer geld er heen en weer stroomt.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Europese Centrale Bank (ECB)
  • ECB bewaakt de waarde van de euro (prijsstabiliteit) 
  • ECB brengt eurobankbiljetten in omloop
  • ECB stelt de hoogte van de rente vast die banken moeten betalen als ze geld lenen van ECB.

Slide 13 - Tekstslide

Als de ECB de basisrente verhoogd, wat zal er dan gebeuren met de vraag naar leningen? Leg je antwoord uit.

Slide 14 - Open vraag

ECB

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag
Maken paragraaf 2.4
Klaar? -> Nakijken + rekenopdrachten maken

Slide 19 - Tekstslide