Duurzaamheid

Ecologische voetafdruk 
Periode 3 – Les 2 duurzaamheid 
Leerjaar 1 


1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Ecologische voetafdruk 
Periode 3 – Les 2 duurzaamheid 
Leerjaar 1 


Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Onderwerp ecologische voetafdruk bespreken
  • Weekopdrachten

 

Slide 2 - Tekstslide

Doelen
  • Aan het einde van de les kun je het begrip ecologische voetafdruk omschrijven.

  • Minimaal drie factoren noemen die invloed hebben op de grootte van iemands voetafdruk.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Ecologische voetafdruk = 
De ecologische voetafdruk is een concept dat weergeeft hoeveel vruchtbare land- en wateroppervlakte iemand (of een hele gemeenschap of heel de wereld) nodig heeft om de goederen die nodig zijn om te voorzien in levensonderhoud te produceren en het afval dat er bij hoort te verwerken.
(simpel gezegd eigenlijk de oppervlakte van de aarde die jij nodig hebt om te kunnen leven)
Alles wat je consumeert kost ruimte op de aarde:
  • Eten
  • Kleding
  • Brandstof
  • Papier 
 

Slide 5 - Tekstslide

Voetafdruk 

De gemiddelde voetafdruk is 1,8 hectare ( 2 voetbalvelden)

De gemiddelde Nederlandse voetafdruk is 6,3 hectare ( 7 voetbalvelden)(3,5x zoveel als toegestaan/ het gemiddelde)

 

Slide 6 - Tekstslide

Waarom zou het concept de ecologische voetafdruk zijn opgestart ?

Slide 7 - Open vraag

Wat kan je doen om je voetafdruk te verkleinen? Bedenkt per onderwerp 1 voorbeeld (voedsel, energie en watergebruik)

Slide 8 - Open vraag

Voedsel/ Energie/ Watergebruik
  • Plantaardig/biologisch voedsel eten
  • Uit eigen tuin eten (moestuin) 
  • Verwarming niet omhoog maar dikke trui aan
  • Zorg voor warme voeten dan blijf je lichaam ook warm
  • Korter douchen
  • De kraan niet laten lopen tijdens het tandenpoetsen

Slide 9 - Tekstslide

Andere tips om je ecologische voetafdruk te verkleinen 


Pak vaker de fiets of ga carpoolen
Kies voor led lampen in plaats van gloeilampen
Gebruik oplaadbare batterijen
Gebruik beide kanten van een A-viertje
Neem een waterfles mee van huis
Laad geen opladers in het stopcontact zitten

Slide 10 - Tekstslide

Terugkoppeling leerdoel:
1. Beschrijf het begrip ecologische voetafdruk.
2. Benoem 3 factoren die invloed hebben op iemands voetafdruk.

Slide 11 - Open vraag

Weekopdrachten
3. Hoe duurzaam ben jij? Doe de ecologische voetafdruktest http://voetafdruktest.wnf.nl/vragen.cfm en bewaar de uitslag (maak een printscreen en voeg die als duidelijk leesbare bijlage toe aan jouw verslag). Verwerk in je verslag hoeveel hectare jij nodig hebt. Wat is het gemiddelde?

4.  Maak met behulp van je voetafdruk een tabel van jouw (niet) duurzame gedrag. Welke keuzes maak jij op dit moment op het gebied van de volgende 6 categorieën: voeding, kleding, wonen, reizen, energie en afval? 


Slide 12 - Tekstslide

5. Wat zou je kunnen en willen verbeteren? Kies twee niet-duurzame keuzes en bedenk voor allebei hoe je jouw gedrag (en dat van anderen) duurzamer kan maken. Beschrijf wat ervoor nodig is en hoe je dit wil aanpakken.

6. Beschrijf per actie wat de kans van slagen is (voor jezelf en voor anderen) en welke risico's je ziet. Geef ook aan wat de winst (voordelen) is van het duurzamer gedrag en wat de kosten (nadelen) zijn. Welke van de twee acties is het meest haalbaar en waarom?

Inleveren 11 Maart opdracht 1 t/m 6 
Inleveren bij ELO week 3

Slide 13 - Tekstslide