Les 1: a - aa

a - aa
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ANT2+Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

a - aa

Slide 1 - Tekstslide

a

Slide 2 - Tekstslide

Welke woorden ken je met 'a'?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

tak

Slide 5 - Tekstslide

pan

Slide 6 - Tekstslide

trap

Slide 7 - Tekstslide

park

Slide 8 - Tekstslide

plant

Slide 9 - Tekstslide

bad
bak
bas
bal
bar
dag
dak
dam
dan
das
dal
dat
gal
gas
gat
hak
hal
ham
hap
jas
kak
kam
kan
kap
kar
kas
kat
laf
lag
lak
lam
lap
las
lat
maf
mag
mak
mal
man
map
mat
nar
nat
pad
pak
pan
pap
pas
ram
rap
ras
rat
sap
sas
tak
tal
tam
tap
tas
vak
val
van
vat
wad
wak
wal
war
was
wat
zak
zal
zat

Slide 10 - Tekstslide

Wat zie je?
A
het park
B
de plant
C
de pan
D
de tak

Slide 11 - Quizvraag

Wat zie je?
A
het park
B
de trap
C
de plant
D
de pan

Slide 12 - Quizvraag

Wat zie je?
A
de tak
B
de trap
C
de plant
D
de pan

Slide 13 - Quizvraag

Wat zie je?
A
de pan
B
de trap
C
het park
D
de plant

Slide 14 - Quizvraag

Wat zie je?
A
de trap
B
de pan
C
het park
D
de tak

Slide 15 - Quizvraag

ik hoor a

Slide 16 - Sleepvraag

Schrijf woorden met de klank "a".
(laatste)
timer
2:00

Slide 17 - Open vraag

aa

Slide 18 - Tekstslide

Welke woorden ken je met 'aa'?

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Video

aap

Slide 21 - Tekstslide

kaal

Slide 22 - Tekstslide

laars

Slide 23 - Tekstslide

traan

Slide 24 - Tekstslide

paard

Slide 25 - Tekstslide

baal
baan
baas
baat
baar
daad
daag
daal
daar
daas
faal
faam
gaaf
gaan
gaap
gaar
gaas
gaat
haag
haak
haal
haan
haar
haas
haat
jaag
jaar
kaak
kaal
kaap
kaas
laad
laag
laan
laat
maag
maak
maal
maan
maar
maas
maat
naad
naam
naar
paal
paar
raad
raaf
raak
raam
raap
raar
raas
taak
taal
vaak
vaal
vaar
vaas
vaat
waag
waak
waal
waan
waar
waas
zaad
zaag
zaak
zaal

Slide 26 - Tekstslide

Wat zie je?
A
de traan
B
kaal
C
de aap
D
de laars

Slide 27 - Quizvraag

Wat zie je?
A
het paard
B
de traan
C
de aap
D
kaal

Slide 28 - Quizvraag

Wat zie je?
A
het paard
B
de traan
C
de aap
D
de laars

Slide 29 - Quizvraag

Wat zie je?
A
de aap
B
kaal
C
de laars
D
de traan

Slide 30 - Quizvraag

Wat zie je?
A
de aap
B
de laars
C
de traan
D
het paard

Slide 31 - Quizvraag

ik hoor aa

Slide 32 - Sleepvraag

Schrijf woorden met de klank "aa".
(laatste)
timer
2:00

Slide 33 - Open vraag

- Ik lees de zinnen voor.
- Vul in: a of aa.
- We kijken samen na.


Slide 34 - Tekstslide

- Ik zeg een woord
- Hoor je a of aa?
- Duidt het goede antwoord aan

Voorbeeld 1: man
Voorbeeld 2: aan


Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Wandel en ruil 

Slide 37 - Tekstslide