H4 - Natuurrampen

Vandaag:
- Starten met hoofdstuk 4 
Leerdoelen
-  Je leert welke natuurrampen er zijn.
- Je leert hoe natuurrampen onstaan.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag:
- Starten met hoofdstuk 4 
Leerdoelen
-  Je leert welke natuurrampen er zijn.
- Je leert hoe natuurrampen onstaan.

Slide 1 - Tekstslide

Welke natuurrampen ken je al?

Slide 2 - Woordweb

Waar denk je aan bij een natuurramp?

Slide 3 - Woordweb

Dit hoofdstuk:
4 natuurrampen wereldwijd:
- Aardbevingen
- Vulkanisme
- Tsunami's
- Tropische orkanen

Overstromingen in Nederland (maken wij niet!)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Het binnenste van de aarde

De aarde bestaat uit verschillende lagen:

  • aardkorst: buitenste schil van de aarde.
  • mantel: deel van de aarde tussen de aardkern en de aardkorst.
  • aardkern: binnenste deel van de aarde.
Binnenkern
binnenste van de aarde, massieve bal van ijzer en nikkel
Buitenkern
Binnenste van de aarde, vloeibaar ijzer en nikkel
mantel
dikke laag gesteente om de kern heen die heel heet is, een stroperige massa van 3000 km dik.
aardkorst
buitenste laag van de aarde, stevig en hard

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Link

Wat zou je willen weten over natuurrampen?

Slide 9 - Open vraag

De aarde bestaat uit 3 delen. Welke?
A
Kern, magma en Aardkorst
B
Magma, mantel en kern
C
mantel, aardkorst en bergen
D
Kern, mantel en aardkorst

Slide 10 - Quizvraag


Wat is de juiste volgorde naar de aardkern?
A
Mantel- kern-aardkorst
B
Aardkorst-mantel-kern
C
Aardkorst- kern-mantel
D
Kern-mantel-aardkorst

Slide 11 - Quizvraag

De aarde bestaat uit meerdere lagen, de laag waar wij op leven heet...
A
De kern
B
De mantel
C
De aardkorst
D
De buitenkern

Slide 12 - Quizvraag

Waar is het het warmst?

A
mantel
B
aardkorst
C
aardkern
D
huisvuilcentrale

Slide 13 - Quizvraag

Aan de slag
Ga verder met het maken van paragraaf 2

Slide 14 - Tekstslide