0219 Strategietraining Lesen

Der Aufbau eines Textes
Titel
Einleitung
Absatz
Quelle
Bild
1 / 18
volgende
Slide 1: Sleepvraag
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2-4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Der Aufbau eines Textes
Titel
Einleitung
Absatz
Quelle
Bild

Slide 1 - Sleepvraag

also
damit
deshalb
auch
dagegen
sogar
Betekenissen van signaalwoorden
ook
zelfs
zodat
daarom
dus
daarentegen

Slide 2 - Sleepvraag

Tekstverbanden




Folge




Beispiel




Ergänzung




Ursache




Einschränkung
gevolg
Voorbeeld
aanvulling
oorzaak
beperking

Slide 3 - Sleepvraag

Und? Wie ging das?
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Poll

Aufgabe besprechen

Slide 5 - Tekstslide

außerdem
timer
0:10
A
echter
B
bovendien
C
daarbij
D
zonder

Slide 6 - Quizvraag

stattdessen
timer
0:10
A
daarbij
B
in plaats daarvan
C
eigenlijk
D
vandaar

Slide 7 - Quizvraag

Ich habe keinen Hunger.
Ich werde ... keinen Apfel essen.
A
außerdem
B
sondern
C
obwohl
D
also

Slide 8 - Quizvraag

Ich esse gern Gemüse, ... Blumenkohl, Brokkoli oder Bohnen.
A
zum Beispiel
B
deswegen
C
wenn
D
erstens

Slide 9 - Quizvraag

Er wohnt nicht in Amsterdam, ... in Berlin.
A
sondern
B
anscheinend
C
weil
D
danach

Slide 10 - Quizvraag

... ich nach Hause fahren kann, muss ich zuerst noch die Arbeit beenden.
A
bevor
B
denn
C
weil
D
obwohl

Slide 11 - Quizvraag

Funktionen
Welche Funktion deutet das Signalwort in Klammern an?

Slide 12 - Tekstslide

Ich habe keinen Hunger. Ich werde [also] keinen Apfel essen.
A
Bedingung (voorwaarde)
B
Bestätigung (bevestiging)
C
Schlussfolgerung (conclusie)
D
Erläuterung (toelichting)

Slide 13 - Quizvraag

Ich werde nicht auf deine Party kommen, [wenn] mein bester Freund nicht kommen darf.
A
Bedingung (voorwaarde)
B
Bestätigung (bevestiging)
C
Schlussfolgerung (conclusie)
D
Erläuterung (toelichting)

Slide 14 - Quizvraag

Ich esse gern Gemüse, [etwa] Blumenkohl, Brokkoli oder Bohnen.
A
Bedingung (voorwaarde)
B
Bestätigung (bevestiging)
C
Ergänzung (aanvulling)
D
Beispiel (voorbeeld)

Slide 15 - Quizvraag

Wir fahren nicht in die Ukraine, [weil] es dort einen Krieg gibt.
A
Bedingung (voorwaarde)
B
Erklärung (verklaring)
C
Ergänzung (aanvulling)
D
Begründung (motivering)

Slide 16 - Quizvraag

Vielen Schülern gefällt die Schulzeit. Das gilt [jedoch] nicht für alle Schüler.
(15/15)
A
Bedingung (voorwaarde)
B
Erklärung (verklaring)
C
Gegensatz (tegenstelling)
D
generalisatie (Verallgemeinerung)

Slide 17 - Quizvraag

Wie gut kennst du die Signalwörter?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll