BERH: TH14 BS3 Het ademhalingsstelsel van de mens

TH14 Gaswisseling en uitscheiding
§ 14.3: Het ademhalingsstelsel van de mens
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

TH14 Gaswisseling en uitscheiding
§ 14.3: Het ademhalingsstelsel van de mens

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesverloop

  1. Waar gaat deze thema over?
  2. Leerdoelen BS3
  3. Leer met deze LessonUp en je boek.
  4. Kennis testen
  5. Aan de slag: maak alle opdrachten in het boek.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



  • Gaswisseling
  • Van luchtpijp tot longblaasjes
  • Neusholte en mondholte
  • Keelholte en strottenhoofd
  • Kraakbeenringen
  • Longblaasje
  • Uitgeademde lucht


14.3.1 Je kunt de delen van het ademhalingsstelsel van de mens noemen met hun kenmerken en functies.
Leerdoelen
Waar gaat BS3 over?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gaswisseling
Het opnemen van zuurstof en het afgeven van koolstofdioxide noem je gaswisseling.

Gasafwisseling = uitwisseling van gassen tussen een organisme en de omgeving.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuurstof- waarvoor?
Waarom hebben we O2 nodig? Om energie te krijgen. Verbranding vindt plaats in elke cel, overdag en ‘s nachts. Verbranding haalt energie uit de voedingstoffen met behulp van O2.


  • Glucose (suiker) wordt opgenomen in de darmen uit voedsel.
  • Zuurstof (O2) wordt opgenomen door de longen uit de lucht.
  • Zuurstof en glucose worden via het bloed naar de cellen gebracht.


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het ademhalingsstelsel van de mens
Lucht gaat door:
Neusholte >>  keelholte >> strottenhoofd >> luchtpijp >> bronchiën >>  luchtpijptakjes >> longblaasjes
  • De luchtpijp vertakt zich in twee bronchiën
  • De bronchiën vertakken zich in steeds dunnere buisjes: de luchtpijptakjes
  • Aan het eind van elk luchtpijptakje zitten kleine longblaasjes. Hier vindt de gaswisseling plaats.
bestudeer dit plaatje!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neusholte en mondholte

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neusholte en mondholte
Neusholte
Neusharen houden grote stofdeeltjes tegen.

Neusslijmvlies: slijmvlies dat de binnenkant van de neusholte bedekt. Deze bestaat uit:
  • slijmproducerende cellen die slijm maken. kleine stofdeeltjes en ziekteverwekkers blijven kleven aan het slijm.
  • trilhaarcellen: verplaatsen het slijm naar de keelholte.

Reukzintuigcellen: zit boven in je neusholte.

Mondholte
  • In de mondholte kan de lucht niet worden gefilterd!
  • Je kunt met de mondholte niet ruiken.
bestudeer dit plaatje!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het beter om door de neus in te ademen ipv door de mond?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Keelholte en strottenhoofd

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Keelholte en strottenhoofd
In de keelholte zitten de huig en het strottenklepje.

Als je voedsel inslikt:
  • De huig sluit de neusholte af.
  • De strottenklep sluit de luchtpijp af.
Daardoor kan het voedsel vanuit de mondholte niet naar de neusholte en de luchtpijp. Het kan alleen naar de slokdarm.

In het strottenhoofd zitten de stembanden.

bestudeer dit plaatje!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ko
Film: Hoe werkt slikken?

Slide 12 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Luchtpijp en bronchiën
bestudeer dit plaatje!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luchtpijp en bronchiën
  • De luchtpijp is een holle buis die aansluit op het strottenhoofd.
  • Luchtpijp en bronchiën hebben kraakbeenringen die ervoor zorgen dat deze niet dicht kunnen klappen. 
  • Luchtpijptakjes hebben geen kraakbeenringen, wel spiertjes.

Allemaal bekleed met slijmvlies en trilhaaren om het slijm naar boven te vervoeren.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronchiën 
De luchtpijp splitst zich in 2 takken: de bronchiën.

Ze vertakken zich in steeds kleinere buisjes en eindigen in longblaasjes.

Ook de wanden van de bronchien 
en longblaasjes zijn bedekt met slijmvlies.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Longblaasjes
Functie: gaswisseling. Hiervoor is een groot oppervlak nodig:

  • Veel longblaasjes
  • Dunne wand longblaasjes (een cellaag dik)
  • Longhaarvaten: dunne haarvaten (een cellaag dik)


bestudeer dit plaatje!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Longblaasjes
Alle longblaasjes samen hebben ongeveer dezelfde oppervlakte als twee klaslokalen!

Dankzij deze grote oppervlakte gaat zuurstof snel vanuit de lucht in de longblaasjes naar het bloed in de longhaarvaten. 
bestudeer dit plaatje!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ingeademde en uitgeademde lucht

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

O2 met CO2 vergelijken!
Let op de verschillen!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennisvragen
Kennisvragen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is gaswisseling in het ademhalingsstelsel?
A
Het opnemen van zuurstof en het afgeven van koolstofdioxide
B
Het opnemen van koolstofdioxide en het afgeven van zuurstof
C
Het filteren van schadelijke stoffen uit de lucht
D
Het transporteren van zuurstof naar de organen

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke orgaanstelsels werken samen, zodat er verbranding plaats kan vinden?
A
Ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel en hormoonstelsel
B
Ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel en zenuwstelsel
C
Ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel en voortplantingsstelsel
D
Ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel en verteringsstelsel

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van het ademhalingsstelsel is bekleed met slijmvlies en trilhaarcellen?
A
Neusholte en mondholte
B
Luchtpijp en bronchiën
C
Longblaasjes
D
Keelholte en strottenhoofd

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

longblaasjes
longen
brochien
luchtpijptakje
luchtpijp

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor bloed komt er aan bij de longblaasjes en wat voor bloed stroomt weg van de longblaasjes?
A
Zuurstofarm bloed komt aan, Zuurstofrijk bloed stroomt weg
B
Zuurstofrijk bloed komt aan, Zuurstofarm bloed stroomt weg
C
Er komt geen bloed bij de longblaasjes

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heten de kleine bloedvaatjes (1 cellaag dik) om de longblaasjes heen?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In de afbeelding zie je een deel van de ademhalingsorganen van de mens.

De letter P geeft een deel aan waarin gaswisseling plaatsvindt.

Hoe heet dit deel?
A
long
B
bronchi
C
longblaasje
D
slijmvlies

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Door roken raken de trilharen beschadigd en kunnen ze hun functie niet goed uitvoeren.
Hierdoor hoopt zich slijm op in de luchtwegen. Dit remt de gaswisseling.

Wat is de functie van de trilharen in de luchtwegen?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


  1. Lees de §14.3 in je boek.  
  2. Maak alle opdrachten + extra opdrachten + samenhang
  3. Maak aantekeningen van wat je geleerd hebt. 
  4. KIJK NA!
  5. Doe de Test Jezelf online.
  6. Vragen? Noteer deze.

Klaar? De komende les ga je de volgende doen - je kunt hier alvast mee beginnen:
  • §14.4
  • Ga naar Biologiepagina.nl om te oefenen.
  • Ga naar Examenkracht.nl om te oefenen.
Verdieping: bekijk beschikbare videos zoals Biologie met Joost
Aan de slag! 

Slide 30 - Tekstslide

https://youtu.be/6nGqHwCJwas?si=SOn1NXiJwHa7Bpu6

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies