Theater les I

1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
Begrippen leren die horen bij theater.
Voorbereiden op het theaterstuk dat je gaat bekijken.
Voorbereiden op de rondleiding in de Toneelschuur.
In een opdracht laten zien dat je de stof begrepen hebt.
PTA Culturele activiteit 8%


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wanneer is iets theater?

Slide 5 - Tekstslide

Is dit theater?
😒🙁😐🙂😃

Slide 6 - Poll

Is dit theater?
😒🙁😐🙂😃

Slide 7 - Poll

Wie is er wel eens naar theater geweest?
JA
NEE
WEET NIET

Slide 8 - Poll

Theater voorstelling PTA 8%
Op 14 november gaan we naar de voorstelling Twelfth Night in de Schuur in Haarlem. Aanvang 14.15
Lees je in over de voorstelling (krant, website, Facebook/Insta).
Zorg dat je op tijd in de Toneelschuur bent, 15 minuten voor aanvang (14.15 uur), te laatkomers mogen er niet meer in.
Niet eten of drinken tijdens de voorstelling
Wees stil als je je verveelt doe dan een dutje of focus je op een theatraal middel. Stoor de spelers niet.
Jassen en tassen in de garderobe.
Mobiel uit en in je zak. ( niet op kijken want dat stoort de spelers.).


Slide 9 - Tekstslide

Zoek informatie over de voorstelling en schrijf hier op

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

2-tallen

Slide 13 - Tekstslide

Theaterstijlen



Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Geef in 1 zin weer wat locatietheater inhoudt


Slide 16 - Open vraag

In het filmpje vertelt iemand over het verschil tussen klassiek teksttheater en locatietheater.
Wat is het verschil?

Slide 17 - Open vraag

1. Teksttoneel

Slide 18 - Tekstslide

Teksttoneel
  • Veel theater start vanuit een tekst
  • Tekst als belangrijkste component
  • Nieuwe of bestaande theatertekst
  • Zesde eeuw voor Chr. al aan theater gedaan
  • William Shakespeare als eerste moderne toneelschrijver

Slide 19 - Tekstslide

Bewegingstheater
  • Verhaal vertellen door uitdrukkingskracht van lichaam
  • Kan soms kort tekst in voorkomen
  • Fysieke beeldtaal
  • Fysieke mogelijkheden verkennen
  • Mime 

Slide 20 - Tekstslide

3. Locatietheater

Slide 21 - Tekstslide

Locatietheater
  • Anders dan in theatergebouw of openluchttheater
  • Vaak buiten: strand, duinen, bos, industrieterrein, treinstation
  • Plek-afhankelijk
  • Locatie versterkt verhaal
  • Unieke ervaring

Slide 22 - Tekstslide

Muziektheater

Slide 23 - Tekstslide

Muziektheater
  • Opera/musicals/Live band
  • Muziek en theater komen samen
  • Muziek inzetten om een verhaal te vertellen
  • Samen met.. dialoog / monoloog / zang / dans / drama / regie
  • Totaalbeleving! 

Slide 24 - Tekstslide

5. Cabaret 

Slide 25 - Tekstslide

Cabaret

  • Humor
  • Cabaretvoorstellingen: komedie/zang/dans/theater door elkaar
  • Korte fragmenten (sketches)
  • Alledaagse onderwerpen
  • Maatschappij-kritisch  (duidelijke moraal)
  • Vaak zelfspot (imago)

Slide 26 - Tekstslide

Theatrale middelen

- spelgegevens
- vormgevingsmiddelen
- enscenering

Slide 27 - Tekstslide

Spelgegevens:
Wie
Wat
Waar
Waarom
Wanneer

Slide 28 - Tekstslide


7
Vormgevingsmiddelen


Decor 
Rekwisieten / attributen
Kostuums 
Kap en grime
Licht
Muziek (geluidseffecten)
Audiovisueel (beeld)

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Hoe zou jij emotie uitbeelden? Vertel uitgebreid

Slide 31 - Open vraag

Decor
Attributen

Slide 32 - Tekstslide

kostuums
kap en grime

Slide 33 - Tekstslide

licht
audiovisueel (beeld)

Slide 34 - Tekstslide

audiovisueel (beeld)

Slide 35 - Tekstslide

Enscenering:
"In scène zetten"
Je maakt gebruik van: mise-en-scène en de vormgeving van het stuk.

Slide 36 - Tekstslide

Wat is mise-en-scène?
A
Wat wordt er gedaan met belichting tijdens een voorstelling.
B
Hoe maken de acteurs gebruik van het speelveld.
C
De scene die wordt uitgebeeld speelt zich in de mist af.
D
Het is een term die in de wetenschap wordt gebruikt.

Slide 37 - Quizvraag

mise-en-scène
Betekent "Plaatsing op toneel"
Dus: waar staan de acteurs ten op zichte van elkaar en het decor/attributen.

Slide 38 - Tekstslide

Mis en scene bespreek met elkaar



Wat is de betekenis van de mise-en-scène in de volgende foto's? 

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Als je naar een theatervoorstelling kijkt kun je de volgende theatrale middelen bekijken:
Spel gegevens                                                                         De 5 W's

7 vormgevingsmiddelen                                    




Enscenering
- decor
- attributen
-kostumering
- kap en grime
- licht
- muziek
- audiovisueel
- mise-en-scène
- vormgeving (plaatsing)

Slide 45 - Tekstslide

Opdracht
Je weet nu wat de mis en scene is en wat de verschillende theatrale middelen zijn.
Je zoekt uit de volgende teksten of scènes 1 uit en je maakt een fotoserie van 3 foto's van de scène. Eigenlijk maak je een tableaux vivant.
Misschien heb je ook meer leerlingen nodig voor een goed resultaat.
Je kunt eventueel ook props maken van papier.
Kies een theaterstijl.
Zorg dat je een achtergrond voor je foto's hebt die past bij het verhaal of die egaal is zoals een witte muur bijvoorbeeld.
Eind van de les inleveren.

Slide 46 - Tekstslide

Beschrijf hier kort welk verhaal je neemt en met wie je samenwerkt en hoe je het gaat uitvoeren.

Slide 47 - Open vraag

Theaterteksten/scènes
Uit Hamlet, Shakespeare
Horatio: Gegroet, prins.
Hamlet (omhelst hem): Blij u gezond en wel te zien.
Horatio, of ik moet me vergissen.
Horatio: Hij is het, heer, als steeds uw arme dienaar.
Hamlet: Die naam, mijn goede vriend, ruil ik graag met je.
En wat kom je doen uit Wittenberg, Horatio? --
Horatio: Ik spijbel nu eenmaal graag, mijn waarde heer.
Hamlet: Ik zou het niet nemen als je vijand het zei,
Jij bent geen spijbelaar.
Maar wat heb je te zoeken in Elseneur?
Je gaat niet weg voor je hebt leren drinken.

Slide 48 - Tekstslide

Theaterteksten/scènes

Gijsbrecht van Amstel, Vondel
Het is een steenkoude dag 1303. Het hele jaar lang belegerden legers uit heel Noord-Holland de stad Amsterdam, aangevoerd door Haarlem en Egmond. In de stad leeft iedereen op rantsoen, en deze winter hebben de mensen het koud - er is maar weinig hout voor de kachel. Toch zijn de Amsterdammers er in geslaagd om de aanvallers buiten de stadsmuren te houden, dankzij hun dappere aanvoerder Gijsbrecht van Amstel.
Maar op deze ijzige ochtend lijkt er een wonder te zijn gebeurd: alle vijanden zijn vertrokken. Het legerkamp voor de stadsmuren is verlaten - het beleg lijkt voorbij. Amsterdam heeft gewonnen!
Dan nemen de Amsterdammers een vijandelijke soldaat gevangen: Vosmeer. Vosmeer wordt voor Gijs geleid en vertelt over een schip vol met kostbaar brandhout in een vaart vlakbij.

Slide 49 - Tekstslide

Theaterteksten/scènes
Oh Happy Days van De Gemeenschap is een prikkelend muziektheaterstuk over geloven tegen beter weten in. Het toont zowel de vrijheid als de benauwenis van gedeelde overtuigingen.

In het stuk zien we hoe een groep jonge mensen als een heuse reli-popgroep samenkomt. Ze zingen over wat ze geloven, of sterker nog: over wat ze zeker weten! Dan komt er een nieuwe jongen in de gemeenschap en beginnen er scheurtjes in de verbinding te ontstaan. Waarom is Kevin zo dol op Stefan? Mag dat wel?

Slide 50 - Tekstslide

Theaterteksten/scènes
Edward Albee's Wie is er bang voor Virginia Woolf? is een van de meest opgevoerde toneelstukken ter wereld. De klassieker is nu ook weer in de Nederlandse theaters te bewonderen. Sanne Wallis de Vries, Bas Hoeflaak, Claire Bender en Alex Ploeg vertolken de rollen in dit ultieme relatiedrama.

Wie is er bang voor Virginia Woolf? vertelt het verhaal van het gedesillusioneerde echtpaar George (Bas Hoeflaak) en Martha (Sanne Wallis de Vries). Na een feestje op de universiteitscampus nodigen de twee het pasgetrouwde stel Nick (Alex Ploeg) en Honey (Claire Bender) uit voor een laatste drankje.
Geen van allen had kunnen bedenken dat het zo uit de hand zou lopen. De ontmoeting rondt uit in een beschonken avond vol vlijmscherpe gesprekken en gevaarlijke spelletjes. Valse humor en zwartgallig drama vieren hoogtij.
 


Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Beoordeling
Je hebt een serie van 3 foto's gemaakt.
Uit de serie blijkt het verhaal.
Je hebt nagedacht over de mise-en-scène.
Uit je serie blijkt dat je de stof hebt bestudeerd en begrepen.

Slide 53 - Tekstslide