Kapitel 5 Schule und Schüler

Kapitel 5 Schule und Schüler
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kapitel 5 Schule und Schüler

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute?
1. Boek B op Trabitour toevoegen
2. Einleitung: Landeskunde
3. Quizlet Wörterliste
4. Quizizz

Slide 2 - Tekstslide

Trabitour digitale leeromgeving.
De opdrachten worden gemaakt via Trabitour, zodat ik elke week het gemaakte huiswerk kan controleren.

Zie de volgende slides om ervoor te zorgen dat je het juiste boek hebt geselecteerd.

Slide 3 - Tekstslide

Klik op instellingen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Je voegt het boek toe.
Je klikt op opslaan
De opdrachten die je elke week moet maken, vind je onder taken.
Klik op alle taken, dan zie je een overzicht van de opdrachten die je moet maken.

Slide 6 - Tekstslide

Einleitung
Eind van het hoofdstuk, kun je:
1. De namen van schoolvakken noemen;
2. Zeggen hoe laat het is;
3. Iets vertellen over je school en jouw klas.
4. Dagindeling opschrijven;

Slide 7 - Tekstslide

S. 37 Einleitung 
Lees: Im Klassenzimmer (lokaal)
Machen Einleitung B und C.
1. Voordelen van een vast lokaal:....
2. Nadelen van een vast lokaal:....


Slide 8 - Tekstslide

In Duitsland blijven de leerlingen in het lokaal zitten en wisselen de leraren van lokaal.
A
Richtig
B
Falsch

Slide 9 - Quizvraag

S. 38 Landeskunde Aufgabe 1.1
Hoe gaan leerlingen in Duitsland naar school?
U-Bahn = metro
Straßenbahn = tram
Bus = bus
Fahrrad = fiets 

Slide 10 - Tekstslide

U- Bahn
A
Tram
B
Metro
C
Trein
D
Bus

Slide 11 - Quizvraag

Tram
A
Bus
B
U-Bahn
C
Fahrrad
D
Straßenbahn

Slide 12 - Quizvraag

S. 39 Landeskunde Aufgabe 2.1
Bekijk de afbeelding
Kinderen in Duitsland krijgen een Schultüte als cadeau als ze naar de bassischool gaan.

Machen 2.1 
Fertig? 3.1 (zie volgende slide)

Slide 13 - Tekstslide

AGs (Arbeitsgemeinschaften)
AG = Buitenschoolse activiteiten. 
bijv: Musik, Sport, Schülerzeitung (schoolkrant)

Machen 3.1 
Fertig? 3.3 S.41

Slide 14 - Tekstslide

S. 41 Grammatik Aufgabe 3.5
3.5a: Der = mannelijk
            Die = vrouwelijk 
meervoud
    eindigt op -e
                 Das = onzijdig (het)
3.5b: regel Feesstenten
1. STAM (machen - mach)
2. Omcircelen ich, du, er/sie/es etc. 

3. Staat dat er niet in?
vervangen door er/sie/es
Ich =
du = st
er/sie/es = t
wir = en
ihr = t
Sie/sie = en

Slide 15 - Tekstslide

3.5 c uitleg
Der, die en das  kan je vervangen..

Der (mannelijk) door er (hij)
Die (vrouwelijk en meervoud) door sie (zij) en sie (mv)
das (onzijdig) door es (het)
machen: 3.5C
Fertig? Aufgabe 3.6 S. 43 Wörterliste 

Slide 16 - Tekstslide

Pieter wohnt in Berlin
A
sie
B
er
C
es

Slide 17 - Quizvraag

Das Hotel steht am meer.
A
er
B
sie
C
es

Slide 18 - Quizvraag

Das Kind spielt draußen
A
er
B
sie
C
es

Slide 19 - Quizvraag

Der Junge macht seine Hausaufgaben.
A
er
B
sie
C
es

Slide 20 - Quizvraag

Die Schülerin findet Deutsch super!
A
er
B
sie
C
es

Slide 21 - Quizvraag

Quizlet Wörterliste 

Slide 22 - Tekstslide

Quizziz 

Slide 23 - Tekstslide

Hausaufgaben 
Einleitung
Landeskunde 1.1 t/m 3.1
Wörterliste A 3.6
Hören 3.32
Grammatik 3.5 

Slide 24 - Tekstslide