Onderdeel A Kinderziektes en kwalen

voor docent
eindtermen;
1. kernbegrippen rond (het ontstaan van) ziekten omschrijven. Trefwoorden o.a. diagnose, besmetting, infectie, symptomen, incubatie, immuniteit, ziektekiemen, medicatie. 4.4.2 1 syllabus les 1 m&z
2. de verschijnselen van vaak voorkomende ziekten benoemen de verschijnselen van vaak voorkomende ziekten benoemen en in grote lijnen toelichten waaruit de behandeling bestaat. Trefwoorden o.a. kinder-, welvaarts- en ouderdomsziekten, griep, voedselvergiftiging, kanker, longaandoeningen. 4.4.2. 2. les 1 m&z

Beiden in theoriewerkboek
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

voor docent
eindtermen;
1. kernbegrippen rond (het ontstaan van) ziekten omschrijven. Trefwoorden o.a. diagnose, besmetting, infectie, symptomen, incubatie, immuniteit, ziektekiemen, medicatie. 4.4.2 1 syllabus les 1 m&z
2. de verschijnselen van vaak voorkomende ziekten benoemen de verschijnselen van vaak voorkomende ziekten benoemen en in grote lijnen toelichten waaruit de behandeling bestaat. Trefwoorden o.a. kinder-, welvaarts- en ouderdomsziekten, griep, voedselvergiftiging, kanker, longaandoeningen. 4.4.2. 2. les 1 m&z

Beiden in theoriewerkboek

Slide 1 - Tekstslide

Dia voor Docent Programma 

1e uur
10 min Binnenkomst, lesdoel
7 min   Filmpje kinderdagverblijf
5 min   Lessonup kinderziektes
5 min   Filmpje waterpokken
10 min  Theorie
5 min  Filmpje proces + sleepvraag
                                                   

2e uur
10 min Lezen theorie en maken
15 min Lessonup en zelfstandig opdracht
2 min lessonup
20 minuten classroom 3.1
5 min lessonup en uitleg controle opdracht
exit





Slide 2 - Tekstslide

Werkveld kinderopvang

Slide 3 - Tekstslide

Programma 

1e uur 

Binnenkomst
Lesdoel

Filmpjes:
 Kinderdagverblijf, waterpokken

Oefenen theorie

                                                   

2e uur

Lezen theorie en maken
Lessonup
Zelfstandige opdracht classroom 
Uitleg controle opdracht
exit





Slide 4 - Tekstslide

Week 1: Werkveld kinderopvang
Wat houdt het werkveld Kinderopvang in?
Filmpje bekijken tot 6:20 min.

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan de leerling 
-Weet de leerling welke veel voorkomende kinderziektes er zijn.
-Kernbegrippen rond (het ontstaan van) ziekten omschrijven. (Medicatie, diagnose, symptomen, besmetting, ziektekiem, incubatietijd immuniteit)
-Hoe je een zakelijke e-mail schrijft

Slide 6 - Tekstslide

Wie van jullie weet wat we onder kinderziektes bedoelen?

Slide 7 - Tekstslide

Kinderziektes

Slide 8 - Woordweb

Wie van jullie heeft er de waterpokken gehad?

Slide 9 - Tekstslide

Maak opdracht 1 Waterpokken
Waar: Blok 1 Het kinderdagverblijf opdracht 1.1 en 1.2 

klaar: opdracht 1.3 en 1.4 
en lezen: blz.. 276 kinderziektes alinea besmetting en huisarts


Slide 10 - Tekstslide

Verloop ziekteproces van waterpokken

Slide 11 - Tekstslide

Maken
1.1/1.2/1.3/1.4
Lezen: blz.. 276  kinderziektes alinea besmetting en huisarts


Slide 12 - Tekstslide

Het verloop van een infectie ziekte. Zet het verloop in de goede volgorde.

Slide 13 - Sleepvraag

    Maak opdracht 2.1   
Begrip beschrijving
Waar: Blok 1 Het kinderdagverblijf opdracht 2.1 (opdracht in De ouders informeren)


Slide 14 - Tekstslide

Maak opdracht 2.2  
Maartje is de eerste baby in het kinderdagverblijf die de waterpokken heeft. Er zullen nu zeker meer kinderen volgen. 
Er moet een e-mailbericht worden opgesteld voor de ouders/verzorgers waarin uitgelegd wordt wat waterpokken zijn en hoe te handelen. Daarnaast is het ook handig de ouders te informeren wanneer het verstandig is om hun kind thuis te houden.
Annemarie vraagt jou om een e-mailbericht naar de ouders te schrijven. Ze geeft je als tip mee dat je een nette e-mail moet schrijven. Je schrijft immers namens het kinderdagverblijf.

Hoe schrijf je een nette e-mail?


Slide 15 - Tekstslide

Zakelijke e-mail schrijven

Kennisquiz + oefenen

Slide 16 - Tekstslide

Waar denk je aan bij een
zakelijke e-mail?

Slide 17 - Woordweb

Wie is de geadresseerde?
A
Degene aan wie je de e-mail stuurt.
B
Degene die de e-mail schrijft.

Slide 18 - Quizvraag

Kies de juiste aanhef als je de geadresseerde niet kent
A
Geachte heer mevrouw,
B
Geachte heren en mevrouwen
C
Geachte heer, mevrouw,
D
Geachte heer/mevrouw,

Slide 19 - Quizvraag

De eerste zin van de brief
begint met een hoofdletter, ja of nee?
A
Ja! Mijn naam is Linda Janssen en ik schrijf u deze e-mail omdat...
B
Nee! mijn naam is Linda Janssen en ik schrijf u deze e-mail omdat...

Slide 20 - Quizvraag

In de tekst van een zakelijke e-mail gebruik je geen alinea’s.
A
Waar: je schrijft alles achter elkaar zonder witregels.
B
Niet waar: je gebruikt 3 alinea’s: inleiding , kern en een afsluiting.
C
Niet waar: je gebruikt 2 alinea's: inleiding en kern

Slide 21 - Quizvraag

Kies de juiste schrijfwijze
voor de slotformule
A
Met Vriendelijke Groet,
B
Met vriendelijke groet,
C
Met vriendelijke groet
D
Met vriendelijke groeten,

Slide 22 - Quizvraag

In een zakelijke e-mail
gebruik je formele taal.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Kies de juiste slotgroet:
A
Met vriendelijke groet Naam Achternaam
B
Met vriendelijke groet, Naam
C
Met vriendelijke groet, Naam Achternaam

Slide 24 - Quizvraag

Maak opdracht 2.2  
Maartje is de eerste baby in het kinderdagverblijf die de waterpokken heeft. Er zullen nu zeker meer kinderen volgen. Er moet een e-mailbericht worden opgesteld voor de ouders/verzorgers waarin uitgelegd wordt wat waterpokken zijn en hoe te handelen. Daarnaast is het ook handig de ouders te informeren wanneer het verstandig is om hun kind thuis te houden.
Annemarie vraagt jou om een e-mailbericht naar de ouders te schrijven. Ze geeft je als tip mee dat je een nette e-mail moet schrijven. Je schrijft immers namens het kinderdagverblijf.

Schrijf een e-mailbericht voor de ouders van het kinderdagverblijf. Je kunt dat doen in een e-mailprogramma op de computer.
De volgende tekst moet in elk geval in het e-mailbericht worden opgenomen:
‘Een kind kan beter niet naar het kinderdagverblijf bij 38 °C koorts of meer. Het is ook verstandig om het kind thuis te houden als een kind gedurende langere tijd ongewoon hangerig of huilerig is.’ 

Maak een screenshot van  de e-mail en zet deze in Classroom

Slide 25 - Tekstslide

Welke kinderziekte heb jij vroeger gehad en hoe zag dat eruit?

Slide 26 - Open vraag

Beleid kinderziektes / opdr. 3.1
Wanneer mag het kind wel naar de opvang en wanneer niet?
Bestudeer de theorie Kinderziektes (blz. 276)

Slide 27 - Tekstslide

Begrippen toepassen opdr. 3.2
In Classroom vind je de opdracht 3.2. 
Bestudeer de theorie in de methode/ internet en lever de opdracht in in Classroom

Slide 28 - Tekstslide


A
Zesde ziekte
B
Rode hond
C
Waterpokken
D
Loopoor

Slide 29 - Quizvraag


A
Zesde ziekte
B
Rode hond
C
eczeem
D
Waterpokken

Slide 30 - Quizvraag


A
Zesde ziekte
B
Waterpokken
C
Krentenbaard
D
Rode hond

Slide 31 - Quizvraag


A
Zesde ziekte
B
Griep
C
Rode hond
D
Loopoor

Slide 32 - Quizvraag

Exit opdracht
Controle wat heb je onthouden

Slide 33 - Tekstslide

Herhalingsles
Donderdag opdracht + inhalen wat vandaag nog niet af was

Slide 34 - Tekstslide

Afronding
De docent geeft aan wanneer we naar de kluis gaan en opruimen

Slide 35 - Tekstslide