past simple + present continuous

• Engels
• MBO
• Studiejaar 1

Welcome

Today:

Past simple (recap)
Present perfect

Do you recall?

Past simple = verleden tijd.
Iets is in het verleden gebeurd en is nu afgelopen:

Regelmatig, werkwoord + ed
Yesterday I walked to school. (walk - walked)
Onregelmatig, p 166-167 tweede rijtje
I  ate pizza last weekend. (eat - ate)

Yesterday I ___ (to eat) fish and chips and I ___ (to drink) a pint of Guinness.

Present perfect (volt.tijd)

Hoe ziet de present perfect eruit?
Regelmatig:       Have/Has + werkwoord+ed
Onregelmatig:     Have/Has + 3e rijtje p. 166-167

I have waited here for hours.
She has seen that movie twice this week.

Present perfect (volt.tijd)

Wanneer je gebruik je de present perfect?

Iets is in het verleden begonnen en is nu nog bezig.
OF
Iets is in het verleden begonnen en daar zie je nu nog het resultaat van.

Voorbeeld

They have lived there since 2008.

* begonnen in het verleden
* is nu nog steeds bezig

Voorbeeld

He has played video games all day long...

* begonnen in het verleden.
* Is nu nog steeds bezig. 

Voorbeeld

Can you give me a lift? My car has broken down.

* begonnen in het verleden
* je ziet nu nog het resultaat

Voorbeeld

Let's go out for dinner. I have burned the pizza...

* begonnen in het verleden
* je ziet nu nog het resultaat

* Let op *

Staat er een tijd in de zin dan gebruik je de past simple
yesterday, last week, three nights ago, this morning


My car has broken down - My car broke down two weeks ago.
I have burned the pizza - I burned the pizza last night.

My cousin ___ ___ (to stay) with us since last week.

She ___ ___ (to call) me over twenty times all ready!

I ___ ___ (to finish) all my homework for this week!

She ___ ___ (to write) three thrillers and is working on the fourth. *onregelmatig!

I ___ ___ (to speak) to our teacher, but she couldn't help us. *onregelmatig!

To do:

Go to maken.wikiwijs.nl/135055
Go to: Grammar > present perfect

Kies een werkblad. Klaar? Ga verder met wat je lastig vind.
Af voor volgende week: (Bijna iedereen heeft dit al gedaan!)
10.1 opdr. 1, 2, 4, 5, 6 
10.2 opdr. 1, 2, 4 en exam exercise.