1gt 2021-05 les 1 pres simple pres continuous

Welcome to the
English Class!


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welcome to the
English Class!


Slide 1 - Tekstslide

LEERDOEL
Aan het einde van deze les:
  • weet je het verschil tussen de present simple en de present continuous.
  • weet je wanneer je de present simple en de present continuous moet gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

TODAY'S CLASS
  • Welcome!
  • Attendence
  • Review
  • Present Simple / Present Continuous
  • Homework

Slide 3 - Tekstslide

Present simple
altijd, vaak, nooit

Hele werkwoord (+s)


He plays golf every Monday.
They study on weekends.

Do you go to the beach every summer?
Present continuous
nu,  op dit moment

Am/are/is + hele werkwoord + ing

He is playing golf.
They are not studying at the moment.
Are you going to the beach right now?

Slide 4 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Simple?
1. hele werkwoord (he/she/it +s)

Slide 5 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Simple?
Hele werkwoord. LET OP: "to" hoort er niet bij!
    I walk
    you walk
    he/she/it walks
    we walk
    you walk
    they walk

Slide 6 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Simple?
Hele werkwoord. LET OP: "to" hoort er niet bij!
    I speak
    you speak
    he/she/it speaks
    we speak
    you speak
    they speak

Slide 7 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Continuous?
1. am / are / is
2. hele werkwoord
3. ing

Slide 8 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Continuous?
1. am / are / is
    I am
    you are 
    he/she/it is
    we are
    you are
    they are

Slide 9 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Continuous?
2. hele werkwoord
LET OP: "to" hoort er niet bij!

to walk = het wandelen
to talk = het praten
to speak = het spreken

Slide 10 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Continuous?
3. ing

Plak "ing" aan het hele werkwoord.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Continuous?
to be (zijn)
AM
ARE
IS
hele werkwoord
ING
+
+

Slide 12 - Tekstslide

Hoe maak je de
Present Continuous?
I am walking (right now).
I am listening (right now).
You are talking (at the moment).
He is sleeping (at the moment).

Slide 13 - Tekstslide

We ... (to watch) Home Alone every Christmas.
A
are watching
B
watching
C
watched
D
watch

Slide 14 - Quizvraag

Sue ... (to take) a bath right now.
A
taking
B
is taking
C
takes
D
take

Slide 15 - Quizvraag

... he ... (to sleep) right now?
A
Is he sleep
B
Is he slept
C
Has he been sleeping
D
Is he sleeping

Slide 16 - Quizvraag

My parents often ... (to stay) in a hotel.
A
staying
B
stayed
C
have stayed
D
stay

Slide 17 - Quizvraag

I usually ... (to go) to church on Sunday.
A
go
B
goes
C
have been going
D
am going

Slide 18 - Quizvraag

He always ... (to eat) at McDonald's.

Slide 19 - Open vraag

You ... (to take) a bath right now.

Slide 20 - Open vraag

We ... (to talk) at the moment.

Slide 21 - Open vraag

He always ... (to annoy) the teacher.

Slide 22 - Open vraag

He ... (to annoy) the teacher right now.

Slide 23 - Open vraag

REVIEW
Wanneer gebruik je de present simple en wanneer gebruik je continuous?

Slide 24 - Tekstslide

REVIEW
Hoe maak je de present continuous?

Slide 25 - Tekstslide

REVIEW
Hoe maak je de present simple?

Slide 26 - Tekstslide

REVIEW
Maken: Unit 3 "Versterk Jezelf" ONLINE
"Present continuous gebruiken" en "Vergrotende (comparative) en overtreffende (superlative) trap"

Leren: Study Box Lesson 2, 3, 4, 5 (p129-p134)
Present Simple & Present Continuous
Vergrotende & Overtreffende trap

Slide 27 - Tekstslide