thema 6 - klokkijken

thema 6 - klokkijken
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 5 min

Onderdelen in deze les

thema 6 - klokkijken

Slide 1 - Tekstslide

Eerst even in komen... 
Mr. Bean English

Slide 2 - Tekstslide

15

Slide 3 - Video

00:46
Wat bestelt Mr. Bean?
A
Pizza
B
Milkshake
C
Broodje beenham
D
ijsje

Slide 4 - Quizvraag

01:00
Hoeveel pizza's bestelt Mr. Bean?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 5 - Quizvraag

01:34
Wat is er mis met de pizza?
A
Te groot
B
Pizza is koud
C
Pizza is niet gesneden
D
Te klein

Slide 6 - Quizvraag

01:54
Wat zegt Mr. Bean?
A
Hij zit vol
B
Hij heeft honger
C
Hij moet naar de wc
D
Hij heeft dorst

Slide 7 - Quizvraag

02:04
Wat gaat Mr. Bean nu doen?
A
Nog een pizza bestellen
B
Naar de supermarkt
C
Niks
D
Eigen pizza maken

Slide 8 - Quizvraag

03:06
Wat vindt Mr. Bean van de pizza?
A
Vies
B
Weet hij nog niet
C
Erg lekker

Slide 9 - Quizvraag

03:37
Wat gaat Mr. Bean doen?
A
Tekenen en kleuren
B
Eigen pizza's verkopen
C
Werken voor de pizzeria

Slide 10 - Quizvraag

03:59
Wat vindt Mr. Bean van zijn pizza's?
A
Lekker
B
Vies
C
Is opzoek naar mensen die ze willen proberen

Slide 11 - Quizvraag

04:20
Hoe heet zijn bedrijf?
A
Bean Pizza
B
Pizza Bean
C
Beany Pizza
D
Yummy Pizza

Slide 12 - Quizvraag

04:25
Welke ingrediënten zitten er op de pizza?
A
Tomaat en Salami
B
Kaas en Paprika
C
Kaas en ui
D
Kaas en tomaat

Slide 13 - Quizvraag

06:17
Wat gaat Mr. Bean nu doen?
A
Mensen halen de pizza op
B
Hij gaat de pizza opeten
C
Hij gaat de pizza bezorgen
D
Niks, dit was een test

Slide 14 - Quizvraag

07:25
Hoeveel bestellingen wil Mr. Bean nog doen?
A
Geen
B
1
C
10
D
15

Slide 15 - Quizvraag

08:59
Wat wil deze meneer?
A
Dat Mr. Bean doorgaat
B
Vraagt om hulp
C
Dat Mr. Bean stopt
D
Nog niks

Slide 16 - Quizvraag

09:46
Wat vindt de meneer van de pizza?
A
Niet lekker
B
Niks
C
Hij wil nog een stukje proberen
D
Beste pizza hij ooit heeft gehad

Slide 17 - Quizvraag

10:09
Wat krijgt Mr. Bean voor de machine?
A
Pizza's
B
Geld
C
Een nieuwe machine
D
Niks

Slide 18 - Quizvraag

Telling time


Aan het einde van deze les kan je (beter)klokkijken in het Engels! 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Handige woordjes
Deze woorden heb je nodig bij het klokkijken in het Engels! 

Past = over
To = voor
A quarter = kwartier
Half = Half

Slide 21 - Tekstslide

Hoe zeggen ze 'over' in het Engels?

Slide 22 - Open vraag

Hoe zeggen ze 'voor' in het Engels?

Slide 23 - Open vraag

Hoe zeg je 'een kwartier' in het Engels?

Slide 24 - Open vraag

Hele uren

Slide 25 - Tekstslide


A
Two o'clock
B
Two hour

Slide 26 - Quizvraag


A
Three hour
B
Three o'clock
C
Three'oclock
D
A three o'clock

Slide 27 - Quizvraag

Halve uren

Slide 28 - Tekstslide


A
It's half past four
B
It's half past five

Slide 29 - Quizvraag

Hoe laat is het?
14:30
A
It's half past two
B
It's half past three

Slide 30 - Quizvraag

Kwart over/voor

Slide 31 - Tekstslide


A
It's a quarter to two.
B
It's a quarter past two.

Slide 32 - Quizvraag

Hoe laat is het?
8:15
A
It's a quarter to eight.
B
It's a quarter past eight.

Slide 33 - Quizvraag

En wat zit er dan nog tussen? (1)

Slide 34 - Tekstslide

En wat zit er dan nog tussen? (1)

Slide 35 - Tekstslide

What time is it?

A
Ten past half nine
B
Twenty past nine
C
Twenty to nine

Slide 36 - Quizvraag

Hoe laat is het?
12:10 (10 over 12)
A
It's ten past twelve
B
It's ten to twelve

Slide 37 - Quizvraag

Hoe laat is het?
14.25 (5 voor half 3)
A
it's 5 to half past 2
B
it's 25 past 2
C
it's 5 to half past 3
D
it's 25 past 3

Slide 38 - Quizvraag

Hoe laat is het?
9:00 (9 uur)

Slide 39 - Open vraag

Hoe laat is het?
15:45 (kwart voor 4)

Slide 40 - Open vraag