In de vorige lessen hebben we het gehad over stroomkringen. Een stroomkring wordt vaak een
schakeling genoemd.
Een schakeling bestaat altijd uit minstens 3 onderdelen;
een spanningsbron, draden en een elektrische apparaat (bijv. een lamp). Om een schakeling te tekenen, worden symbolen gebruikt. Op de volgende slide zie je daar voorbeelden van.