Congruentie
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat is goed / congruent?
A
De kudde koeien staan in de wei
B
De kudde koeien staat in de wei
Slide 3 - Quizvraag
Wat is goed / congruent?
A
Een groep wielrenners viel vlak voor de finish
B
Een groep wielrenners vielen vlak voor de finish
Slide 4 - Quizvraag
Wat is goed / congruent?
A
Men zien door de bomen het bos niet meer
B
Men ziet door de bomen het bos niet meer
Slide 5 - Quizvraag
Wat is goed / congruent?
A
Er stonden nog drie pakken rijst in de voorraadkamer
B
Er stond nog drie pakken rijst in de voorraadkamer
Slide 6 - Quizvraag
Wat is goed / congruent?
A
Twintigduizend mensen bezocht het festival
B
Twintigduizend mensen bezochten het festival
Slide 7 - Quizvraag
Wat is goed / congruent?
A
Een partij sportschoenen spoelde aan op het strand
B
Een partij sportschoenen spoelden aan op het strand
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het belangrijkste woord in het onderwerp:
de meeste musea
de meeste musea
A
de
B
meeste
C
musea
Slide 9 - Quizvraag
Wat is goed / congruent?
A
Op Museumdag is de meeste musea gratis toegankelijk.
B
Op Museumdag zijn de meeste musea gratis toegankelijk.
Slide 10 - Quizvraag
Is hier sprake van congruentie of incongruentie:
Bijna tachtig procent van de Nederlanders noemt zich gelukkig.
Bijna tachtig procent van de Nederlanders noemt zich gelukkig.
A
Congruentie
B
Incongruentie
Slide 11 - Quizvraag
Is hier sprake van congruentie of incongruentie:
Een aantal mensen komt altijd te laat.
Een aantal mensen komt altijd te laat.
A
congruentie
B
incongruentie
Slide 12 - Quizvraag
Is hier sprake van congruentie of incongruentie?
30 procent van de mensen zijn vaker ziek dan twee keer per jaar.
30 procent van de mensen zijn vaker ziek dan twee keer per jaar.
A
congruentie
B
incongruentie
Slide 13 - Quizvraag
Is hier sprake van congruentie of incongruentie:
Volgens Van Gaal geeft de media een verkeerde weergave van de gebeurtenissen.
Volgens Van Gaal geeft de media een verkeerde weergave van de gebeurtenissen.
A
congruentie
B
incongruentie
Slide 14 - Quizvraag
Is hier sprake van congruentie of incongruentie:
Een groot aantal mensen zijn naar de bijeenkomst gekomen.
Een groot aantal mensen zijn naar de bijeenkomst gekomen.
A
congruentie
B
incongruentie
