Verbranding
1 / 25
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wie doen er aan verbranding?
A
Alleen planten
B
Alleen dieren
C
Planten en dieren
D
Alle levende organismen
Slide 2 - Quizvraag
Wat is glucose?
A
Dat is een snoepje voor je keel.
B
Glucose is een brandstof voor je lichaam.
Slide 3 - Quizvraag
In je lichaam vindt verbranding alleen bij lichamelijke inspanning plaats
A
Juist
B
Onjuist
Slide 4 - Quizvraag
Wat gebeurt er bij lichamelijke inspanning met de snelheid waarmee je hart klopt?
A
neemt af
B
neemt toe
Slide 5 - Quizvraag
Nodig voor verbranding
Over na verbranding
Zuurstof
Koolstofdioxide
Water
(Energie)
Glucose
Slide 6 - Sleepvraag
helder kalkwater is een .......................voor koolstofdioxide
A
katalysator
B
dictator
C
indicator
Slide 7 - Quizvraag
Wat gebeurt er met helder kalkwater als het wordt blootgesteld aan koolstofdioxide?
A
Het gaat koken.
B
Het gaat stinken.
C
Het gaat schuimen.
D
Het wordt troebel.
Slide 8 - Quizvraag
Wat gebeurt er met de koolstofdioxide?
A
Dat adem je uit
B
Dat adem je in
C
Daar gebeurt niks mee
D
Dat stroomt met je bloed mee je lichaam rond
Slide 9 - Quizvraag
Waardoor wordt helder kalkwater troebel?
A
Zuurstof
B
Stikstof
C
Koolstofdioxide
D
Water
Slide 10 - Quizvraag
Wat is glucose?
A
Een stofje waar je moe van wordt
B
waar je allergisch voor bent bij glutenallergie
C
een ander woord voor een klavertje 4
D
een ander woord voor suiker
Slide 11 - Quizvraag
Kun je koolstofdioxide aantonen met helder kalkwater?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quizvraag
Bij verbranding...
A
verbruik je energie
B
komt energie vrij
C
kost energie
Slide 13 - Quizvraag
Verbranding is ...
A
glucose + zuurstof = koolstofdioxide + water
B
koolstofdioxide + water = glucose + zuurstof
C
koolstofdioxide + glucose = water + zuurstof
D
glucose + water = koolstofdioxide + zuurstof
Slide 14 - Quizvraag
Bij grote lichamelijke inspanning,...
A
Vind er meer verbranding plaats
B
Vind er minder verbranding plaats
C
Vind er geen verbranding plaats
D
Vind er fotosynthese plaats
Slide 15 - Quizvraag
Glucose is een
A
Verbrandingsproduct
B
Brandstof
C
Energie
Slide 16 - Quizvraag
Een indicator voor koolstofdioxide is:
A
Joodoplossing
B
Helder kalkwater
Slide 17 - Quizvraag
Waar zit meer koolstofdioxide in:
A
Ingeademde lucht
B
Uitgeademde lucht
Slide 18 - Quizvraag
Wordt bij verbranding energie verbruikt?
Wordt bij verbranding energie verbruikt?
Wordt bij verbranding energie verbruikt?
Wordt bij verbranding energie verbruikt?
Wordt bij verbranding energie verbruikt?
A
ja
B
nee
Slide 19 - Quizvraag
Bij lichamelijke inspanning wordt het lichaam ......?
A
Kouder
B
Warmer
C
Blijft gelijk
Slide 20 - Quizvraag
Wat gebeurt er in het lichaam bij lichamelijke inspanning? Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
ademhaling gaat langzamer
B
energiebehoefte neemt af
C
meer verbranding in cellen
D
zweten
Slide 21 - Quizvraag
een beetje
Veel
Hoe veel verbranding?
Slide 22 - Sleepvraag
Wat kan je doen met een indicator?
A
Een andere stof maken
B
Een andere stof laten verdwijnen
C
Een andere stof verkleinen
D
Een andere stof aantonen
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de indicator van koolstofdioxide?
A
Kalkwater
B
Helder kalkwater
C
Troebel kalkwater
D
Bubbels in water
