Ik ben goed in het regelen va mijn eigen financiële zaken


Omgaan met geld  
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les


Omgaan met geld  

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stellingen: Omgaan met geld
1. Mensen moeten leren omgaan met geld?
2. Kun jij goed omgaan met geld? 
3. Ik spaar elke maand!
 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Centrale lesvragen
  1. Welke inkomsten en uitgaven heb je?
  2. Hoe ga jij met geld om? 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten inkomsten zijn er?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Inkomsten:
salaris
uitkering
studiefinanciering
kinderbijslag
belastingteruggave
enz

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende soorten uitgaven:
1. Incidentele uitgaven
2. Vaste uitgaven
3. Dagelijkse/wekelijkse uitgaven

Slide 6 - Tekstslide

1. Dagelijkse huishoudelijke uitgaven
Dit zijn de uitgaven die we als persoon of gezin doen om het dagelijkse leven mogelijk te maken. Denk bijvoorbeeld aan de dagelijkse boodschappen die er gedaan moeten worden, zodat er genoeg eten, drinken, wc-papier of vuilniszakken in huis zijn.
2. Vaste lasten
Dit zijn kosten die vaak maandelijks terugkomen en waar we doorgaans juridisch aan vast zitten. Denk hierbij aan de huur of hypotheek die maandelijks betaald moet worden, of verzekeringen en telefoonabonnementen. Deze vaste lasten zijn vaak een groot deel van onze maandelijkse uitgaven, maar ook erg voorspelbaar, omdat ze telkens hetzelfde zijn.
3. Incidentele uitgaven
Dit zijn de uitgaven die, het woord zegt het al, gezien kunnen worden als “incidenten”. Deze uitgaven zijn soms onverwacht en soms niet. Onverwachte incidentele uitgaven zijn bijvoorbeeld als je koelkast kapot gaat en je plots een nieuwe moet kopen. Verwachte incidentele uitgaven zijn bijvoorbeeld vakanties, die plan je namelijk wel, maar komen niet heel regelmatig of altijd op hetzelfde moment voor. Het kan soms dus ook lastig zijn om hier rekening mee te houden, aangezien de uitgaven niet regelmatig zijn. Het zijn dan ook voornamelijk de incidentele uitgaven die voor moeilijkheden zorgen bij mensen hun financiële situatie, aangezien ze soms moeilijk te voorspellen zijn.
timer
1:00
Welke soorten uitgaven zijn er?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet precies hoeveel geld ik maandelijks verdien?
JA
Nee
Ongeveer, want...

Slide 8 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet precies wat ik per maand uitgeef?
Ja
Nee
Ongeveer, want..

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bergoting
Maak een overzicht van al je inkomsten en uitgaven

Wat zijn je inkomsten?
Wat zijn je uitgaven?


Verwerk dit in een huishoudboekje 
https://scholieren.nibud.nl/artikel/begrotingsformulier/

             Analyseer je huishoud boekje, schrijf een korte reflectie. Heb je geld over of een tekort. Zou je anders je uitgaven doen of vind je dit wel prima? Kan je veel sparen? etc.                          

Slide 11 - Tekstslide

https://scholieren.nibud.nl/artikel/begrotingsformulier/
Opdracht
Teams  -> opdracht les 2

1. Werk twee van de vier opdrachten uit.
2. Kies hetgeen waar je zelf het meeste aan hebt! 


timer
25:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is voor mij duidelijk waar we het deze periode over gaan hebben.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Challenge

Het huishoudsboekje

1. Vul in wat je inkomsten per maand zijn en tel deze op.
2. Vul in wat je uitgaven per maand zijn en tel deze ook op.
3. Bepaal of je een overschot of een tekort hebt.
4. Noteer wat je daarmee zou doen.
5. Stel je voor: iemand die je goed kent, geeft te veel uit en heeft hierdoor schulden. Wat zou je hem of haar adviseren? Vul dit onderaan in op je overzicht. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plusopdracht
Vroeger was het hebben van een huishoudboekje heel normaal en werd het aanbevolen door de Nederlandse overheid. 

https://www.anderetijden.nl/aflevering/268/De-broekriem-aan-het-huishoudboekje#:~:text=In%20verschillende%20gezinnen%20werd%20er,worden%20waarop%20bezuinigd%20kon%20worden.

1. Waarom gebruiken mensen de afgelopen tijd weinig een huishoudboekje?
2. Denk je dat in de toekomst een huishoudboekje weer populair wordt? Waarom wel of waarom niet?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben vandaag geleerd?
  1. Wat betekent geld voor jou? 
  2. Waar geef jij jouw geld aan uit?
  3. Opzetten van een huishoudboekje

Huiswerk: onderdeel A ingeleverd + noteer alle inkomsten en uitgaven die je deze week doet, dus zowel met pin als cash
(tip: gebruik het overzicht van jouw app van jouw bank)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies