2H - Chapitre 5 - G et H

Aujourd'hui
- Phrases-Clés G
- H: grammaire: vraagzinnen
Faire: ex. 30 - 33

Les buts: 
- je kunt vertellen over je gezondheid
- je kunt vragen stellen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Aujourd'hui
- Phrases-Clés G
- H: grammaire: vraagzinnen
Faire: ex. 30 - 33

Les buts: 
- je kunt vertellen over je gezondheid
- je kunt vragen stellen

Slide 1 - Tekstslide

Phrases-Clés G

Slide 2 - Tekstslide

Je me présente
- présente-toi (nom, âge, ville)
- parle de ton mode de vie (au moins 5 phrases)

Slide 3 - Tekstslide

Vraagzinnen
1. Vraagzinnen zonder vraagwoorden
2. Vraagzinnen met vraagwoorden

Slide 4 - Tekstslide

Een vraagzin maken
1. Gewone zin + ?
Tu aimes les bonbons ?


Slide 5 - Tekstslide

Een vraagzin maken
2. Est-ce que + gewone zin + ?
Est-ce que tu aimes les bonbons ?





Est-ce que => est-ce qu' 
bij klinker / h

Slide 6 - Tekstslide

Een vraagzin maken
3. Inversie + rest van de zin + ?
Aimes-tu les bonbons ?

Let op: alleen herkennen - je hoeft deze niet zelf te kunnen maken

Slide 7 - Tekstslide

Vraagwoorden
où = waar
quand = wanneer
comment = hoe
combien = hoeveel
pourquoi = waarom
qui = wie
qu'est-ce que = wat

Slide 8 - Tekstslide

Vraagzinnen met vraagwoord
1. vraagwoord + rest van de zin + ?
Comment tu t'appelles ?

Slide 9 - Tekstslide

Vraagzinnen met vraagwoord
2. vraagwoord + inversie + rest van de zin + ?
Quand viens-tu ?

Slide 10 - Tekstslide

Vraagzinnen met vraagwoord
2. zin + vraagwoord + ?
Tu viens quand ?

Slide 11 - Tekstslide

Vraagzinnen met vraagwoord
3. Vraagwoord + est-ce que + rest van de zin + ?
Quand est-ce que tu viens?

Slide 12 - Tekstslide

Au travail!
Fais ex. 30 +31 +33

Slide 13 - Tekstslide