Dit hoofdstuk gaat over het schrijven van Engelse berichten. Je leert hoe je een Engels bericht kunt schrijven aan een vriend of vriendin. Of aan familie, bijvoorbeeld aan je vader, je tante of je broer. Je oefent met een bericht op een kaart.
Slide 2 - Tekstslide
Doel van de les
Aan het einde van de les heb je geoefend met woorden die je kan gebruiken voor het schrijven van een Engelse brief.
Slide 3 - Tekstslide
Engelse woorden
Een bericht kun je op een kaartje schrijven. Of in een e-mail of WhatsApp. Een e-mail verstuur je met een computer. Zonder dat je het merkt, gebruik je al veel Engelse woorden. Bijvoorbeeld: computer, e-mail, WhatsApp.
Slide 4 - Tekstslide
Welk Engelse woord past bij het plaatje?
Slide 5 - Tekstslide
Welk Engelse woord past bij het plaatje?
Slide 6 - Tekstslide
Welk Engelse woord past bij het plaatje?
Slide 7 - Tekstslide
Welke Engelse woorden kennen jullie nog meer?
Slide 8 - Tekstslide
Wat kan je doen als je de vertaling van een woord niet weet?
Slide 9 - Tekstslide
Aandachtspunten
Bij het schrijven van een brief of het versturen van een kaart in het Engels
Slide 10 - Tekstslide
Adres
In een Engels adres komt het huisnummer voor de straatnaam!
In het Nederlands: Nieuwstraat 24
In het Engels: 12 Abbey Road
Postcode blijft gelijk.
CT16 1QN Dover
Slide 11 - Tekstslide
Naam
Nederlands: aan meneer Jones
Engels: to Mr Jones
Nederlands: aan mevrouw Jones
Engels: to Mrs Jones
Als je iemand goed kent, kun je de voornaam schrijven
Nederlands: aan Katy Jones
Engels: to Katy Jones
Slide 12 - Tekstslide
Onthoud bij het schrijven van een kaart
1. Aanhef, je schrijft altijd:
Dear + naam + komma (Bijvoorbeeld: Dear john,)
Laat dan een regel open.
2. Schrijf de tekst.
Maak korte zinnen. Vergeet de hoofdletters, punten en komma's niet.
Sla weer een regel over.
3. Sluit af met:
best regards, (met vriendelijke groet) - best wishes, (groeten) - love (liefs)