In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
BONJOUR !
Silence
Aantekeningenschrift in de aanslag
En opletten....
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoel:
- Na deze les kan ik klokkijken in het Frans
Dit gebruik je bij:
-een afspraak maken, vragen hoe laat het is, weten hoe laat je aankomt
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
les heures
Quelle heure est-il? ->Il est ... heure(s)
-> Il est une heure
Il est deux heures
Il est trois heures
Il est midi - 12 uur 's middags
Il est minuit - 12 uur 's nachts
Slide 4 - Tekstslide
Les heures - half
il est une heure et demie
il est deux heures et demie
il est trois heures et demie
etc.
Slide 5 - Tekstslide
Les heures - kwart over
il est une heure et quart
il est deux heures et quart
il est trois heures et quart
etc.
Slide 6 - Tekstslide
Les heures - kwart voor
il est une heure moins le quart
il est deux heures moins le quart
il est trois heures moins le quart
etc.
Slide 7 - Tekstslide
Les heures.
Om te zeggen hoe laat het is gebruik je ALTIJD: Il est .... heures.
Kwart over ... = Il est ... heures et quart Half ... = Il est ... heures et demie (uur ervoor!) Kwart voor ... = Il est ... heures moins le quart Twaalf uur 's middags = midi Twaalf uur 's nachts = minuit
Slide 8 - Tekstslide
Les heures - minuten
De minuten VOOR het halve uur mag je gewoon achter de
'il est ... heures' zetten.
il est cinq heures dix
il est sept heures vingt
il est trois heures cinq Wat is hier de vertaling?
Slide 9 - Tekstslide
Les heures - minuten
De minuten NA het halve uur mag je achter de
'il est ... heures moins' zetten. (dit zijn dan de minuten voor het hele uur!)
il est cinq heures moins dix
il est sept heures moins vingt
il est trois heures moins cinq Wat is hier de vertaling?
Slide 10 - Tekstslide
Noteer 3 Franse woorden die met klokkijken te maken hebben
Slide 11 - Woordweb
Il est midi.
A
Het is middag.
B
Het is 12 uur 's middags.
C
Het is tijd.
D
Het is 12 uur 's nachts.
Slide 12 - Quizvraag
Il est huit heures et quart.
A
Het is 8 uur.
B
Het is half 8.
C
Het is kwart over 8.
D
Het is kwart voor 8.
Slide 13 - Quizvraag
Il est cinq heures et demie.
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.
Slide 14 - Quizvraag
Il est trois heures moins le quart.
A
Het is half drie.
B
Het is kwart voor drie.
C
Het is kwart over drie.
D
Het is half 4.
Slide 15 - Quizvraag
Vertaal de kloktijd in het Frans: Het is vijf uur
Slide 16 - Open vraag
Vertaal de kloktijd in het Nederlands: Il est sept heures et demie
Slide 17 - Open vraag
Vertaal de kloktijd in het Nederlands: Il est trois heures et quart
Slide 18 - Open vraag
Vertaal de kloktijd in het Nederlands: Il est dix heures moins le quart