5.1 - Het skelet van de mens

Welkom allemaal!
Let op de volgende punten:
  • Pak je boek 
  • Schrift en pen voor aantekeningen
  • Mobiel in de kluis!

Mooi! Dan gaan we beginnen!
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal!
Let op de volgende punten:
  • Pak je boek 
  • Schrift en pen voor aantekeningen
  • Mobiel in de kluis!

Mooi! Dan gaan we beginnen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Vooruitblik deze periode

  • Uitleg paragraaf 5.1: Het skelet van de mens


  • Zelfstandig werken aan opdrachten paragraaf 5.1



Slide 2 - Tekstslide

Thema 5: Stevigheid en beweging

Paragrafen:
1. Skelet van de mens
2. Kraakbeen en beenweefsel
3. Beenverbindingen
4. Spieren
5. Houding en beweging
6. Blessures

(PO SOA)
Thema 8: Gedrag

Paragrafen
1. Wat is gedrag?
2. Oorzaken van gedrag
3. Aangeboren en aangeleerd gedrag
4. Sociaal gedrag
5. Taakverdeling binnen groepen
6. Gedrag bij mensen
8. Communicatie bij insecten

Slide 3 - Tekstslide

Paragraaf 5.1: Het skelet van de mens

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. Ik kan de botten benoemen in een afbeelding van het skelet.
  2. Ik kan de functies van het skelet noemen.
  3. Ik kan pijpbeenderen en platte beenderen onderscheiden en kenmerken ervan noemen.

Slide 5 - Tekstslide

Welke functie van het skelet wordt hier omschreven: Zonder skelet zou je in elkaar zakken.
A
Stevigheid
B
Vorm
C
Beschermen
D
Bewegen

Slide 6 - Quizvraag

Het skelet is een ...
A
organisme
B
orgaanstelsel
C
orgaan
D
cel

Slide 7 - Quizvraag

Hoe komt het dat het skelet van een baby zo flexibel is?
Het skelet bestaat voornamelijk uit
A
Kraakbeen
B
Been
C
Kalk
D
Kalk en lijmstof

Slide 8 - Quizvraag

Uit hoeveel botten bestaat het skelet van een volwassene?
A
106
B
206
C
176
D
236

Slide 9 - Quizvraag

Skelet van de mens
De mens heeft een inwendig skelet/ geraamte (zoals alle gewervelde 
 dieren) 
Het bestaat uit een hoofd, romp en ledematen (armen en benen).
We hebben meer dan 200 botten/beenderen



Slide 10 - Tekstslide

Skelet van de mens
* De botten van het hoofd vormen samen de 
   schedel.
* De borstwervels, de ribben en het borstbeen 
   vormen samen de borstkas.
* De schouderbladen en de sleutelbeenderen 
   vormen samen de schouders 
   (schoudergordel).
* De heupbeenderen vormen het bekken 
   (bekkengordel).

Slide 11 - Tekstslide

Functies van het skelet
Het skelet heeft 4 functies:

  • Het geeft stevigheid aan je lichaam.
  • Het geeft vorm aan je lichaam.
  • Het geeft bescherming aan tere organen. Je ribben beschermen   bijvoorbeeld longen en je hart
  • Het maakt beweging mogelijk. Veel botten zijn beweeglijk verbonden.     Spieren zitten aan de botten vast.

Slide 12 - Tekstslide

Typen botten
Het skelet heeft 2 typen botten: Pijpbeenderen en platte beenderen. 

Pijpbeenderen: Zijn langwerpig en komen vooral voor in de ledematen
De koppen van de beenderen zijn gevuld met rood beenmerg , waar rode bloedcellen aanmaakt worden.
Het midden van het bot, de mergholte, is gevuld met geel beenmerg , waar vet in opgeslagen zit.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Typen botten
Platte beenderen: Komen vooral voor in de schedel en de romp
Bijv. Schedelbeenderen, ribben en schouderbladen. 
Platte beenderen bevatten alleen rood beenmerg.

Slide 15 - Tekstslide

Rode beenmerg
Bevat bloedstamcellen
deze stamcellen zijn een soort bloedproductiefabrieken. 
Uit de stamcellen in je rode beenmerg ontstaan alle verschillende soorten bloedcellen zoals: bloedplaatjes, witte bloedcellen en rode bloedcellen.

Slide 16 - Tekstslide

Lesdoel check!
Kan ik:


-  de botten benoemen in een afbeelding van het skelet?
-  de functies van het skelet noemen?
-  pijpbeenderen en platte beenderen onderscheiden en kenmerken ervan noemen?

Slide 17 - Tekstslide

Wat wordt er beschermd door onze borstkas?
A
Maag en nieren
B
Hart en longen
C
Hersenen
D
Darmen en maag

Slide 18 - Quizvraag

Voorbeelden van platte beenderen zijn:
A
Schouderbladen
B
Ribben
C
Schedelbeenderen

Slide 19 - Quizvraag

Rood beenmerg, geel beenmerg en de mergholte komen voor in welke soorten beenderen?
A
Alleen bij pijpbeenderen
B
Alleen bij platte beenderen
C
In beide beenderen

Slide 20 - Quizvraag

Wat wordt er gevormd in rood beenmerg?
A
bloed
B
botweefsel
C
bloedcellen
D
vocht

Slide 21 - Quizvraag

Wat zit er in pijpbeenderen ?
A
Geel beenmerg
B
Rood beenmerg
C
Zowel rood als geel beenmerg

Slide 22 - Quizvraag

Wat zit er in platte beenderen ?
A
Geel beenmerg
B
Rood beenmerg
C
Geel en rood beenmerg

Slide 23 - Quizvraag


Uit welke delen bestaat de borstkas?
A
borstwervels, ribben, borstbeen, hart, longen
B
borstwervels, ribben, borstbeen, hart
C
borstwervels, ribben, borstbeen
D
borstwervels, ribben, borstbeen, hart, longen en maag en lever

Slide 24 - Quizvraag

In de afbeelding zie je een schematische tekening van het
skelet van de mens. Een aantal botten is genummerd.

Wat is aangegeven met nummer 18?

A
Halswervels
B
Borstwervels
C
Heiligbeen
D
Lendewervels

Slide 25 - Quizvraag


Je ziet een gedeelte van het skelet van de mens.
Wat stellen de nummers 3 en 6 voor?
A
3 = spaakbeen 6 = middenhandsbeentjes
B
3 = ellepijp 6 = handwortelbeentjes
C
3 = spaakbeen 10 = handwortelbeentjes
D
3 = ellepijp 10 = middenhandsbeentjes

Slide 26 - Quizvraag

Je ziet een gedeelte van het skelet van de mens.
Wat stellen de nummers 8 en 10 voor?
A
8 = spaakbeen 10 = middenhandsbeentjes
B
8 = spaakbeen 10 = handwortelbeentjes
C
8 = ellepijp 10 = middenhandsbeentjes
D
8 = ellepijp 10 = handwortelbeentjes

Slide 27 - Quizvraag

Aan de slag!
Wat:
Paragraaf 5.1: opdrachten 1 t/m 7

Hoe:
Alleen of in tweetallen

Hulp nodig? Zoek het op in je boek of vraag om hulp
Klaar? Maak een samenvatting en een begrippenlijst paragraaf 5.1. Extra verdieping 
 --> Biologiepagina.nl




timer
10:00

Slide 28 - Tekstslide

Nabespreking:

  • Zijn er nog vragen?

  • Hoe vonden jullie de les?

Slide 29 - Tekstslide

Tot slot:
Schuif je stoel aan
en
Ruim je afval op


Tot de volgende les!

Slide 30 - Tekstslide