Het ontstaan van de democratie

Een democratie heeft 3 machten. Welke hoort er niet bij
A
uitvoerende macht
B
controlerende macht
C
wetgevende macht
D
rechterlijke macht
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
WereldoriëntatieBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Een democratie heeft 3 machten. Welke hoort er niet bij
A
uitvoerende macht
B
controlerende macht
C
wetgevende macht
D
rechterlijke macht

Slide 1 - Quizvraag

Vrije verkiezingen zijn verkiezingen waarbij:
(welke hoort er niet bij)
A
Je niet hoeft te vertellen op wie je stemt.
B
er niet vals gespeeld mag worden
C
iedereen mag stemmen
D
je zelf mag weten op wie je stemt

Slide 2 - Quizvraag

Vrijheid van meningsuiting betekent:
(welke is waar)
A
Dat je alles kunt zeggen wat je denkt
B
Dat je onwaarheden mag verkondigen
C
Dat je mensen kunt beledigen
D
een eigen mening mag hebben

Slide 3 - Quizvraag

wat is geen kenmerk van democratie
A
Het oprichten van clubs en verenigingen
B
Iedereen in welkom in Nederland
C
Persvrijheid
D
De grondwet

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Kaart

Athene

Slide 7 - Tekstslide

                                  
Stadsstaten / polis of poleis 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Pallas Athena

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Zeus 
Oppergod 
bliksem en donder 

Slide 12 - Tekstslide

De aristocraten
(de rijksten heersen) 
 waren de baas over de stadsstaten 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

democratie 
demos =  volk
cratie = belist 
Alleen mannen mogen stemmen. 


Slide 15 - Tekstslide

Democratie

Slide 16 - Woordweb


Slide 17 - Poll