Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
De vergrotende trap en herhaling chapitre 5
De laatste les ...
Deze les:
nieuw: vergelijkingen
herhaling: delend lidwoord
herhaling: venir
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
De laatste les ...
Deze les:
nieuw: vergelijkingen
herhaling: delend lidwoord
herhaling: venir
Slide 1 - Tekstslide
De vergrotende trap 3V
Slide 2 - Tekstslide
Vergrotende trap
Zet
plus
voor het
bijvoeglijk naamwoord.
Obélix est
plus
grand
.
Pas het bijvoeglijk naamwoord wel aan wanneer dit moet!
La fille est
plus
grande
.
Slide 3 - Tekstslide
Vergrotende trap
De vegrotende trap van
goed, lekker
is onregelmatig:
bon
(=goed, lekker),
meilleur
=(beter, lekkerder)
Le dessert est
meilleur
.
Léa est
meilleure
.
Slide 4 - Tekstslide
Vergrotende trap
In vergelijkingen gebruik je
plus...que
.
que
betekent dan of als.
Le lion est
plus
grand
que
le chat.
Léa est
meilleure
que
Luc.
Le film est
plus
intéressant
que
le livre.
Luc est plus petit
qu'
Anne
Slide 5 - Tekstslide
Vergrotende trap
Jules (v.) est
aussi
gentille que
Léa.
Jules is
net zo (even) aardig als
Léa.
Jules (v.) est
moins
gentille que
Léa.
Jules is
minder aardig dan
Léa.
Slide 6 - Tekstslide
Maak de vergrotende trap.
Cette fille est ___ (kleiner). petit
Slide 7 - Open vraag
Maak de vergrotende trap.
Ce jean est ___ (moderner). modern
Slide 8 - Open vraag
Maak de vergrotende trap.
Cette maison est ___ (minder wit). blanc
Slide 9 - Open vraag
Het delend lidwoord
Slide 10 - Tekstslide
HET DELEND LIDWOORD
Uitleg video
Slide 11 - Tekstslide
Bonjour!
Ik kan het delend lidwoord
herkennen en gebruiken
Slide 12 - Tekstslide
Welke delende lidwoorden ken je?
Slide 13 - Woordweb
Het delend lidwoord bestaat
niet
in het Nederlands
Slide 14 - Tekstslide
In het Nederlands zeggen we: Ik koop broeken
In het Frans: J'achète
des
pantalons
Slide 15 - Tekstslide
Het delend lidwoord
In het Nederlands
géén
lidwoord = in het Frans een delend lidwoord.
BV:
Zij eet salade - Elle mange
de la
salade.
Vormen delend lidwoord:
mannelijk: DU
vrouwelijk: DE LA
klinker/stomme h: DE L'
meervoud: DES
Slide 16 - Tekstslide
Na
een ontkenning:
Na
een hoeveelheidswoord:
de/ d
´
de
d'
Maar ........
Slide 17 - Tekstslide
Voorbeelden
1. je ne mange pas
de
pommes.
2. Je mange beaucoup
de
pommes.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Vous êtes prêts ?
Nu volgen een paar vragen om te kijken of je het begrepen hebt.
Bonne chance !
Slide 20 - Tekstslide
Tu veux ... coca ?
Kies het juiste delend lidwoord.
A
du
B
de la
C
de
D
le
Slide 21 - Quizvraag
Non, je ne veux pas ... coca
A
du
B
de la
C
d'
D
de
Slide 22 - Quizvraag
Wat is de vertaling van 'een kilo sinaasappels'
A
un kilo des oranges
B
un kilo de oranges
C
un kilo d'oranges
D
un kilo les oranges
Slide 23 - Quizvraag
Vu het juiste lidwoord in.
Elle prend ..... lait.
A
du
B
le
C
de
D
de la
Slide 24 - Quizvraag
Wat is de vertaling van 'een glas cola'
A
un verre des coca
B
un verre du coca
C
un verre d´ coca
D
un verre de coca
Slide 25 - Quizvraag
Deux kilos ....... pommes.
A
des
B
de la
C
de
D
du
Slide 26 - Quizvraag
Vertaal 'ik eet geen vlees'
A
Je ne mange pas du viande.
B
Je ne mange pas des viande.
C
Je ne mange pas de viande.
D
Je ne mange pas d' viande.
Slide 27 - Quizvraag
Je prends une salade avec ___ poivrons (mv).
A
des
B
de
C
les
D
de la
Slide 28 - Quizvraag
Sleep de delend lidwoorden naar de juiste zinnen.
Je mange ... croissants.
Elle boit ... eau minérale.
Ils achètent ... pain.
Elle n'a pas ... chips.
On a peu ... argent
du
d'
de
des
de l'
Slide 29 - Sleepvraag
Let op!!!
Staat er een vorm van de werkwoorden
adorer, préférer, aimer, détester,
in de zin?
Dan gebruik je :
le / la / l' / les
Bijvoorbeeld: J'adore les pommes
Slide 30 - Tekstslide
Het stappenplan voor het delend lidwoord
Stap 1: Aimer, adorer, préférer, détester? -->
le / la/ l´/les
Stap 2: Ontkenning of hoeveelheidswoord? -->
de / d'
Stap 3: Delend lidwoord -->
du/ de la/ de l´/ des
Slide 31 - Tekstslide
Kies het juiste lidwoord
Mon père déteste ....... viande (v).
A
le
B
du
C
de
D
la
Slide 32 - Quizvraag
Vul het juiste lidwoord in.
Tu préfères la viande ou ...... poisson?
A
du
B
le
C
de
D
de la
Slide 33 - Quizvraag
Maak de vergrotende trap.
Le chocolat est ___ (beter dan) le gâteau. meilleur
Slide 34 - Open vraag
Maak de vergrotende trap.
L'espagnol est ___ (moeilijker dan) le français. difficile
Slide 35 - Open vraag
DES QUESTIONS ???
DES QUESTIONS???
Slide 36 - Tekstslide
En nu ....
Venir oefenen: verbuga.eu
Slim Stampen
Vervangende opdracht
Veel succes met de toetsweek!
Slide 37 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
De vergrotende trap
Maart 2021
- Les met
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Trappen van vergelijking
Oktober 2022
- Les met
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
De vergrotende trap
Februari 2023
- Les met
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
De vergrotende trap
Mei 2024
- Les met
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
De vergrotende trap
Juni 2023
- Les met
10 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
De vergrotende trap
September 2020
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
De overtreffende trap en français
Mei 2022
- Les met
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Mercredi 16 mai
Juni 2021
- Les met
14 slides
Frans
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3