H1.3 Massa en volume, grootheden en eenheden, meetinstrumenten

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

startopdracht
schrijf je naam op het papier en maak opgave 56, 57 en 58

10 minuten
voor je zelf dus in stilte
klaar?
hand opsteken en blaadje inleveren
timer
12:00

Slide 2 - Tekstslide

 H1.3 METEN

Slide 3 - Tekstslide

lesplanning
  • grootheden en eenheden uitleg
  • opdracht
  • meeschrijven met berekeningen
  • aan het einde van de les PO onderdompelen in maatbekers

Slide 4 - Tekstslide

lesplanning
  • startopdracht
  • herhalen onderdompelmethode
  • uitleg schaaldeel, meetbereik
  • opdrachten 
  • uitleg tabellen en diagrammen
  • huiswerk

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
  • je kunt meetwaarden aflezen en noteren
  • Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
  • Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
  • Je kunt de eenheden liter (=dm3) en m3 gebruiken.
  • Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp, een cilinder en een voorwerp met een onregelmatige vorm berekenen.
  • je weet wat een grootheid en een eenheid is

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen
  • je kunt uitleggen wat een schaaldeel is. 
  • Je kunt uitleggen wat het meetbereik van een meetinstrument is. 
  • je kunt m, cm, km omrekenen
  • je kunt g, kg, mg omrekenen
  • je kunt L, mL omrekenen
  • je weet dat 1 L hetzelfde is als 1dm3

Slide 7 - Tekstslide

welke meetinstrumenten ken je

Slide 8 - Tekstslide

MASSA
  • massa zegt iets over hoe zwaar iets is
  • de eenheid van massa is kilogram of gram
  • massa meet je met een weegschaal of balans

Slide 9 - Tekstslide

               massa  
                                         = "soort van" gewicht op onze aarde
                       Kg, g, mg, ton (1000 kg)


Slide 10 - Tekstslide

De eenheid van
massa kan zijn...
A
Liter
B
centimeter
C
gram
D
zwaar

Slide 11 - Quizvraag

Massa bepaal je met een ...
A
liniaal
B
geodriehoek
C
weegschaal
D
maatcilinder

Slide 12 - Quizvraag

Welk symbool hoort
bij de grootheid massa ?
A
M
B
V
C
m
D
G

Slide 13 - Quizvraag

VOLUME
  • volume zegt iets hoeveel ruimte een voorwerp inneemt 
  • volume wordt ook wel eens inhoud genoemd 
  • de eenheid van volume is liter of kubieke meter
  • volume kun je berekenen:  lengte x breedte x hoogte
  • of bepalen met de onderdompelmethode

Slide 14 - Tekstslide

Het symbool van
de grootheid volume is ...
A
V
B
L
C
v
D
cm3

Slide 15 - Quizvraag

Welke eenheid
hoort bij volume?
A
kilo
B
Liter
C
gram
D
seconde

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een ander
woord voor volume?
A
oppervlakte
B
maat
C
inhoud
D
grootte

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel gram is 1 kg?
A
100
B
10
C
1000

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel kg is 500 milligram
A
0,5
B
0,0005
C
5

Slide 19 - Quizvraag

aan de slag
maak opdracht 42, 47, 49, 50, 52

klaar lees blz 28 volume van een voorwerp en 
maak daarna 64, 72, 73, 74 en 75

Slide 20 - Tekstslide

Volume rechthoekige voorwerpen
Bij rechthoekige voorwerpen, bereken je het 
volume met:   lengte x breedte x hoogte. 
Afgekort schrijf je V = l x b x h
V = l x  b x h =     5 x 4 x 3 =   60 m3

Slide 21 - Tekstslide

Volume van een vloeistof aflezen
(stand aflezen op ooghoogte)

Slide 22 - Tekstslide

volume onregelmatige vormen
Het volume van onregelmatige voorwerpen kan je NIET bepalen met V=  l x b x h

We gebruiken dan de onderdompelmethode

Slide 23 - Tekstslide

Onderdompelmethode

Slide 24 - Tekstslide

Onderdompelmethode
V eind = 24 mL

Vbegin = 15 ml

Vsteen = 24 - 15 = 9 mL = 9 cm3

Slide 25 - Tekstslide

Een rechthoekig voorwerp heeft de volgende afmetingen: l = 1 dm, b = 5 cm en h = 3 cm. Bereken het volume.
A
15 cm3
B
15 cm
C
150 cm3
D
9 cm3

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de stand van de
maatcilinder:
A
32 ml
B
33 ml
C
32 cm3

Slide 27 - Quizvraag

Hoeveel dm3 zit er in 1 liter?
A
1
B
10
C
0,1

Slide 28 - Quizvraag

Meetbereik en schaaldeel

De waarden die je met een meetinstrument kunt meten, noem je het meetbereik van het meetinstrument.
Een schaaldeel is de waarde tussen twee streepjes op de schaalverdeling.

Meetbereik:
 
Schaaldeel: 
°50°300
°5

Slide 29 - Tekstslide

Meetbereik 
en schaaldeel

Slide 30 - Tekstslide

aan de slag
maak van H1.3 opdracht 61, 63 en 64

samen met je buur (fluisteren)
vragen?  lees je boek (blz 27 onderaan meetbereik en blz 28)
klaar?  maak dan opdracht 65 t/m 69

timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Tabellen en diagrammen
O        A
O  
A

Slide 32 - Tekstslide

Naam
Jacob
Amir
Anja
wat zou je verder in deze tabel in kunnen vullen?

Slide 33 - Tekstslide

huiswerk
maak van H1.3 opdracht 61, 63 t/m 69 voor zover nog niet af
maak opdracht 57,  58 en 59 

samen met je buur (fluisteren)
vragen?  lees je boek (blz 27 onderaan meetbereik en blz 28)
klaar?  maak dan opdracht 65 t/m 69

Slide 34 - Tekstslide