Les 4: Voorbereiding Toets H1.4 Schrijven en formuleren
1 / 22
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wanneer gebruik je informele taal?
A
Als je een berichtje stuurt aan een vriend(in) of je ouders
B
Als je een berichtje stuurt aan iemand die je niet persoonlijk kent
Slide 2 - Quizvraag
Wanneer gebruik je formele taal?
A
Als je een berichtje stuurt aan een vriend(in) of je ouders
B
Als je een berichtje stuurt aan iemand die je niet persoonlijk kent
Slide 3 - Quizvraag
Informeel
Formeel
zakelijk/netjes
persoonlijk
naar vrienden
jij/je
u
(vaak) naar onbekenden
Slide 4 - Sleepvraag
Slide 5 - Tekstslide
Bent u op de hoogte van de huidige situatie?
A
formeel
B
informeel
Slide 6 - Quizvraag
Tot later!
A
formeel
B
informeel
Slide 7 - Quizvraag
Lieve allemaal,
A
formeel
B
informeel
Slide 8 - Quizvraag
Schikt het u om 16.00 uur?
A
formeel
B
informeel
Slide 9 - Quizvraag
Check dit effe
A
formeel
B
informeel
Slide 10 - Quizvraag
Geachte meneer/mevrouw,
A
formeel
B
informeel
Slide 11 - Quizvraag
Idioot dat ze dat doen!
A
formeel
B
informeel
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
1
2
3
4
5
6
7
8
Adresregel
Onderwerp
Aanhef
Inleiding
Kern
Slotgroet
Slot
Naam
Slide 14 - Sleepvraag
Wat is een goede aanhef wanneer je niet weet naar wie je schrijft?
A
Beste meneer/mevrouw,
B
Hallo meneer/mevrouw
C
Hey meneer/mevrouw
D
Geachte meneer/mevrouw,
Slide 15 - Quizvraag
Wat staat er in de inleiding?
A
Wat je van de lezer verwacht
B
Waarom je de brief schrijft
C
Groet
D
Welke vragen je hebt
Slide 16 - Quizvraag
Wat is een goede afsluiting voor de e-mail?
A
Groetjes,
B
Tot snel,
C
MVG,
D
Met vriendelijke groet,
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
...een vriend om samen naar de film te gaan.
A
formeel
B
informeel
Slide 19 - Quizvraag
...de directeur om een gesprek aan te vragen
A
formeel
B
informeel
Slide 20 - Quizvraag
... www.krantenbezorgers.nl om informatie te vragen
A
formeel
B
informeel
Slide 21 - Quizvraag
...je opa en oma om te vragen of je in de vakantie langs mag komen.
A
formeel
B
informeel
