4VWO determiners

Determiners
4VWO
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Determiners
4VWO

Slide 1 - Tekstslide

all/whole
all: alle
- We are all responsible for ourselves.
- All teachers drink coffee.
- They are all late for school.
whole: hele
- The whole group became ill.
- The whole stadium was packed with supporters.

Slide 2 - Tekstslide

every - elke/iedere
elke: zonder uitzondering
na every komt altijd een zelfstandig naamwoord in het enkelvoud
- Every child must listen to their parents.
- I take a long walk every day.
- Every year we go on holiday
- Every teacher wants to help students.

every kan alleen bij groepen van 3 of meer

Slide 3 - Tekstslide

each: elke afzonderlijke
Als er een zelfstandig naamwoord achter each staat dan is dat woord in het enkelvoud

- Each of the children wanted something else.
- Take one in each hand.
- Each person is different.

Each kan bij groepen van 2 gebruikt worden



Slide 4 - Tekstslide

Both: beide
Als we hetzelfde zeggen over 2 dingen gebrukken we:
Both/ Both of the
- Both these markers are dried out.
- Both of the paintings are works of art.

Na both/ both of the volgt een zelfstandig nw in meervoud.

Slide 5 - Tekstslide

either
Als je wil zeggen dat er twee verschillende keuzes zijn:
Either
- You can choose either paper or cardboard.
Na either volgt een zelfstandig nw in enkelvoud.
Als we geen van beiden bedoelen gebruiken we:
Neither
- Neither contestant made it to the finals.

Slide 6 - Tekstslide

geen: (not) any/ no
- We have no coffee in the house.
- My parents don't allow any friends in the house.
- This house has no bathroom.
- There aren't any books left.
Als het duidelijk is wat we bedoelen gebruiken we (not) any zonder zelfst nw:
- Is there milk in the fridge? No, sorry we haven't got any left.

Slide 7 - Tekstslide

geen van alle: none
- None of the flowers were good enough.
- None of the people who saw the accident, helped out.

Na none volgt er een zelfstandig nw in het meervoud.

Slide 8 - Tekstslide

let's practice!
all/ any/ both/ each/ either/ every/ no

Slide 9 - Tekstslide

Is .... case different or are there measures we can take to help ...?

Slide 10 - Open vraag

There is ... difference in this case.

Slide 11 - Open vraag

Graffiti is either art or vandalism. You can't have it ... ways.

Slide 12 - Open vraag

If the artist had put his work in a gallery, there wouldn't have been ... trouble.

Slide 13 - Open vraag

.... owner of that property complained.

Slide 14 - Open vraag

All the graffiti artist did was write his name over and over again. There are .... imaginative images at all.

Slide 15 - Open vraag

The ... debate of whether it's art or not is a different matter.

Slide 16 - Open vraag

... type of graffiti could be considered art.

Slide 17 - Open vraag