Verbranding en ademhaling

Verbranding en ademhaling
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Verbranding en ademhaling

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen verbranding
1.1 Je weet dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat.

 
1.2 Je kunt het verband beschrijven tussen verbranding in je lichaam en lichamelijke inspanning.

Slide 2 - Tekstslide

Verbranding
Bij verbranding verdwijnt de brandstof en ontstaan nieuwe stoffen. Er komt energie vrij, bijvoorbeeld warmte.

Ook in je lichaam vindt verbranding plaats.

Slide 3 - Tekstslide

Verbranding kaars
Nodig: 
  • kaarsvet
  •  zuurstof
Komt vrij: water (damp)
  • koolstofdioxide
  • energie (licht, warmte, beweging)

Slide 4 - Tekstslide

Glucose
Voor verbranding in je lichaam is glucose nodig.

Als je glucose in je lichaam verbrand komt water en koolstofdioxide vrij. 
Én natuurlijk energie!

Glucose = een brandstof die je binnenkrijgt met je voedsel

Slide 5 - Tekstslide

Energiebehoefte 
Bij inspanning is veel energie nodig
De cellen gaan meer verbranden om genoeg energie te produceren.

De warmte wordt afgevoerd via je huid, onder andere door zweten.


Slide 6 - Tekstslide

Verbranding is ...
A
glucose + zuurstof -> koolstofdioxide + water + energie
B
koolstofdioxide + water =-> glucose + zuurstof + energie
C
koolstofdioxide + glucose + energie -> zuurstof + water
D
glucose + water + energie -> koolstofdioxide + zuurstof

Slide 7 - Quizvraag

Wordt bij verbranding energie verbruikt?




Wordt bij verbranding energie verbruikt?




Wordt bij verbranding energie verbruikt?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quizvraag

je lichaam is altijd aan het verbranden
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

bij verbranding
A
verbruik je energie
B
krijg je energie
C
kost energie
D
kom energie vrij

Slide 10 - Quizvraag

Als er meer verbranding is
A
heb je meer zuurstof en koolstofdioxide nodig
B
heb je meer zuurstof en water nodig
C
heb je meer zuurstof en glucose nodig
D
heb je meer koolstofdioxide en glucose nodig

Slide 11 - Quizvraag

Aan de slag:
2KT: lezen blz. 8 t/m 9
Maken in stilte opdr. 1 t/m 7 bladzijde 10 t/m 13 
Test Jezelf 1.1
Vragen? Even de opdracht overslaan en wachten tot ik klaar ben met de instructie van 2TH 

2TH:  Uitleg les 1 Stofwisseling

Slide 12 - Tekstslide