Verbanden tussen grootheden

Verbanden tussen grootheden
Voorkennis testen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WetenschappenSecundair onderwijs

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Verbanden tussen grootheden
Voorkennis testen

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van een grootheid?
A
vierkante meter
B
seconde
C
N
D
massa

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een eenheid?
A
kubieke meter
B
massa
C
thermometer
D
V

Slide 3 - Quizvraag

Waarmee bepaal je de massa van een voorwerp?
A
met een maatcilinder
B
met een balans
C
met een thermometer
D
met een newtonmeter

Slide 4 - Quizvraag

Met welke eenheid wordt massa uitgedrukt?
A
kilogram
B
kubieke meter
C
seconden
D
meter

Slide 5 - Quizvraag

Welk symbool geeft de massa weer?
A
M
B
m
C
V
D
v

Slide 6 - Quizvraag

Waarmee bepaal je het volume?
A
een balans
B
een maatcilinder
C
een meetlint
D
een chronometer

Slide 7 - Quizvraag

Met welke eenheid wordt volume uitgedrukt?
A
kilogram
B
kubieke meter
C
seconde
D
meter

Slide 8 - Quizvraag

Welk symbool drukt het volume uit?
A
M
B
m
C
V
D
v

Slide 9 - Quizvraag

Waarmee wordt de tijd gemeten?
A
een balans
B
een maatcilinder
C
een chronometer
D
een lintmeter

Slide 10 - Quizvraag

In welke eenheid wordt tijd uitgedrukt?
A
kilogram
B
kubieke meter
C
seconde
D
meter

Slide 11 - Quizvraag

Welk symbool wordt gebruikt voor tijd?
A
T
B
t
C
x
D
X

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

massadichtheid
De massa neemt recht evenredig toe met het volume: 
* als het volume verdubbelt, verdubbelt de massa ook
* de grafieklijn is een halve rechte uit de oorsprong
* verhouding = constant

Slide 14 - Tekstslide

tijd en snelheid
De snelheid is omgekeerd evenredig met de tijd:
* als de snelheid verdubbelt, halveert de tijd
* de grafieklijn is een kromme 
of hyperbool

Slide 15 - Tekstslide

Welke grootheden
lees je af?
A
kracht
B
snelheid
C
lengte
D
afstand

Slide 16 - Quizvraag

Welk verband herken je?
A
een recht evenredig verband
B
een omgekeerd evenredig verband
C
een ander verband

Slide 17 - Quizvraag

Welke grootheden
lees je af?
A
tijd
B
temperatuur
C
snelheid
D
afstand

Slide 18 - Quizvraag

Welk verband herken je?
A
een recht evenredig verband
B
een omgekeerd evenredig verband
C
een ander verband

Slide 19 - Quizvraag

Welke verband herken je?
A
een recht evenredig verband
B
een omgekeerd evenredig verband
C
een ander verband

Slide 20 - Quizvraag

de tijd die nodig is om een bepaalde afstand af te leggen, met een steeds grotere snelheid. 
de afstand die je aflegt in een bepaalde tijd met een constante snelheid
het aantal snoepjes dat je koopt en de prijs die je ervoor betaalt. 
recht evenredig
omgekeerd evenredig

Slide 21 - Sleepvraag

Aan de slag met onderzoeken
Hoe meet je massa? 

Hoe meet je volume? 

Welk verband is er tussen massa en volume? 

Hoeveel tijd heb je nodig om glazen met water te vullen? 

Slide 22 - Tekstslide